Rechtvaardiging
Dit hoofdstuk sluit, na het intermezzo van Romeinen 9-11, aan op de eerste acht hoofdstukken van deze imponerende brief, waarin de rechtvaardiging uit het geloof het grote thema is.
Het mooist komt dat wel tot uitdrukking in hoofdstuk 3, waar we het volgende lezen: “Want allen (d.i. Jood en heiden) hebben gezondigd en missen de heerlijkheid van God, en worden om niet gerechtvaardigd door Zijn genade, door de verlossing in Christus Jezus” (vs. 23-24).
Dit ene vers omvat eigenlijk de complete evangelieboodschap: de mens is een zondaar, gescheiden van God en Zijn heerlijkheid, en heeft verlossing nodig. En die verlossing is er in en door de Heere Jezus. Paulus spreekt hier over het-gerechtvaardigd-worden uit Zijn genade, om niet. Zonder enige prestatie van onze kant schenkt God ons gerechtigheid en wel door de verlossing in Christus Jezus. Wie in de Heere Jezus Christus gelooft en Hem aanvaard heeft als zijn of haar persoonlijke Verlosser en Zaligmaker, die komt ‘recht te staan’ tegenover God. Die mag weten gereinigd te zijn van alle zonde door het kostbare bloed van het Lam. Die mag zich verheugen in een volkomen verlossing. Die mag God nu als hemelse Vader aanspreken. Wat een genade en liefde van Gods kant wordt hierin openbaar!
Overgave
Als Paulus hier over verder gaat in hoofdstuk 12 begint hij dan ook met de ‘ontfermingen van God’. Want ja, wij hebben het niet verdiend, het is door Gods goedertierenheid, dat Zijn liefde ons gezocht en gevonden heeft, waardoor wij als gelovigen nu mogen delen in het geweldige heil, voor altijd…
Nu, met beroep op Gods ontfermingen aan ons bewezen, doet de apostel een appèl op de gelovigen. Wat blijft er voor een mens die zo’n groot heil ontvangen heeft nu nog over? Eigenlijk slechts twee dingen:
- Stel je lichaam tot een levend, heilig en God welbehaaglijk offer (vs. 1)
- Word niet gelijkvormig aan deze wereld, maar word innerlijk veranderd door de vernieuwing van je gezindheid/denken (vs. 2)
Zowel het eerste als het laatste heeft alles te maken met onze overgave aan God, of onze toewijding aan de Heer, zoals we dat ook wel noemen. Toewijding is niet een bepaalde (moeilijke) taak op je nemen of een bepaald ritueel ondergaan, of zoiets. Nee, het heeft te maken met de gesteldheid van je hart. De mate waarin wij de Heer praktisch (kunnen) dienen is mede afhankelijk van allerlei factoren, gezondheid bijvoorbeeld. De één kan meer aan dan de ander. Een duidelijke beslissing nemen om ‘de zending in te gaan’ is mooi, maar ook niet voor iedereen weggelegd. Kortom, het gaat in het algemeen om de overgave aan God. En dat is niet een soort morele plicht tegenover de Heere God, omdat Hij zo goed voor ons is, maar veel meer een vanzelfsprekendheid.
Immers, nu wij deze heerlijke verlossing van God -gratis- hebben ontvangen en alle zegeningen die erbij horen, wie zouden wij dan anders dienen dan Hem alleen?
Heeft Hij nu geen recht op ons leven? Is het niet geweldig om je krachten, tijd en gaven in Zijn dienst te mogen besteden, op welke plaats je ook gesteld bent? Overgave aan de Heer is niet slechts voor bijzondere gelegenheden, maar een dagelijkse manier van leven.
Bijbelstudie
En om de Heer te kúnnen dienen, is het nodig Hem te (leren) kennen. Er moet een nieuwe ordening (verandering) plaats vinden in onze gezindheid, ons denken, en dat kan alleen doordat we Zijn Woord lezen en bestuderen.
Daarin vinden wij de belangrijke informatie die wij nodig hebben: “Het opengaan van Uw woorden geeftt licht, het schenkt eenvoudigen inzicht”, zegt de psalmist (119:130).
Waar de apostel de gelovigen oproept zich te verdiepen in Gods Woord, daar bidt hij ook voor ze “…dat u vervuld mag worden met de kennis van Zijn wil, in alle wijsheid en geestelijk inzicht, zodat u wandelt op een wijze de Heere waardig…” (Kol. 1:9-11).
Bijbelstudie is dus niet een ‘hobby’ van enkele fanatieke gelovigen, maar essentiëel voor elk kind van God, dat Gode welgevallig wil leven in deze wereld.
Daarom blijft het zaak om voortdurend bezig te zijn met het overdenken van Gods Woord, want alleen daardoor wordt onze gezindheid, ons denken vernieuwd en vindt er een waarachtige innerlijke verandering plaats in ons persoonlijk leven!
Hartelijke groet en Gods zegen voor u allen,
Peter Slagter