Er zijn echter ook vele dieptepunten geweest in de geschiedenis van deze stad. Vele malen werd de stad belegerd, aangevallen en verwoest, meestal door profeten van tevoren aangekondigd. Een troost was, dat dit altijd gepaard ging met de rijke beloften van God over herstel en heerlijkheid!
God heeft deze stad geclaimd voor Zichzelf; daarom wordt Jeruzalem ook ge¬noemd: "de heilige stad", en: "de stad van de grote Koning". Een andere naam, die we ook vaak lezen in de Bijbel is: Sion. Dit is de naam van één van de heuvels waarop de stad gebouwd is; deze naam wordt dikwijls verbonden met Gods beloften.
Beloften
Eens zal Jeruzalem, volgens de vele beloften van God, zijn:
* de hoofdstad van het Koninkrijk van Israël en van de wereld
* de residentie van de grote Koning, Jezus de Messias (zie Jes. 2)
* de "tempel-stad" van God
* een bedevaartsoord der volkeren
* het politieke en godsdienstige centrum der wereld
* volgens Jesaja 62: een sierlijke kroon in de hand van de HEERE
* stad van de vrede, d.w.z. de stad die rijk is aan heil!
Maar zover is het nog niet!
Nu bestaat Jeruzalem nog altijd in "de benauwde tijden" (Dan. 9). Er zijn grote spanningen. Jeruzalem wordt door drie godsdiensten gezien als de heilige stad: Joden, Christenen en Moslims. Daarnaast is er de onenigheid van de huidige bewoners: Joden, Arabieren en Palestijnen. Gevolg daarvan is: strijd, schermutselingen, geweld. Dat zal pas definitief voorbij zijn als de Heere Jezus Christus terugkomt en alle dingen zal herstellen. De grote ommekeer in Jeruzalems geschiedenis komt ook naar voren in Jesaja 33.
In vers 1 is sprake van een verwoester. Toen was dat: Babel. In de toekomst zal het zijn: de vorst van de eind-tijd.
Door een verbondssluiting (Dan. 9) zal Jeruzalem zich storten in een poel van zonde en ongerechtigheid. Op de heilige plaats zal de "gruwel van de verwoesting" worden opgericht: het beeld van het Beest. Het getuigenis van God (o.a. de 2 getuigen, Openb. 11) zal worden genegeerd. Jeruzalem is in Openbaring 11 de stad, die geestelijk genoemd wordt "Sodom en Egypte". Deze namen wijzen op de geestelijke en morele toestand van Jeruzalem in de toekomst: wetteloosheid en ongehoorzaamheid. Bovendien: Sodom en Egypte zijn door de HEERE geoordeeld vanwege hun ongerechtig¬heid; straks zal het¬zelfde oordeel over Jeruzalem gaan (vgl. Zach. 12 en 14).
Het gelovig overblijfsel zal in die tijd bidden om hulp (vs. 2); het is "een tijd van benauwdheid voor Jakob" (zie Jer. 30:7 en Zach. 13). De HEERE alleen kan redding geven. Hij houdt de tijden en gelegenheden in Zijn hand (vs. 5,6). En de HERE zal opstaan (vs. 10) en dat betekent: oordeel voor de ongelovigen en redding voor de gelovigen.
Wat de ogen van het gelovige overblijfsel vervolgens zullen zien, wordt meegedeeld in vers 17 e.v.:
- De Koning, d.i. de Messias, in al Zijn schoonheid; eens kwam Hij in vernedering tot Jeruzalem, rijdende op een ezel. Straks zal Hij echter de Verhoogde zijn, die komt met "grote macht en majesteit".
- Het oordeel over de vijanden, de heidense verdrukkers (vs. 19). In Jesaja 60 lezen wij, dat in de toekomst de rollen worden omgedraaid: "…de kinderen van hen die u onderdrukt hebben, en allen die u verworpen hebben, zullen zich neerbuigen aan uw voetzolen, en zij zullen u noemen: Stad van de HEERE, het Sion van de Heilige van Israël” (vs. 14).
- Sion als de stad van samenkomsten (vs. 20). Jeremia zegt: "...de stad zal herbouwd worden op haar ruïne en het paleis zal op zijn rechtmatige plaats gelegen zijn. Van hen zal dankzegging uitgaan, en het geluid van vrolijke mensen..." (30:18-19, zie ook Zach. 8).
- De heerlijkheid van de HEERE zal er zijn (vs. 21). In Ezechiël 48¬:35 lezen wij: "de naam van de stad zal vanaf die dag zijn: “De HEERE is daar" (Jahweh Shammah). Deze heerlijkheid wordt op drievoudige wijze onderstreept in vers 22: "De HEERE is immers onze Rechter, de HEERE is onze Wetgever, de HEERE is onze Koning; Hij zal ons verlossen". Jeruzalem en de rest van Israël zal in de toekomst ontdekken wat dát betekent: vergeving van ongerechtigheid, geen ziekte, strijd, moeite en verderf meer.
- Jeruzalem zal beantwoorden aan de betekenis van haar naam: stad van vrede/heil (vs. 24).
Enerzijds zien we dus, dat Jeruzalem in de toekomst nog eens (en ook voor het laatst!) ingenomen en geplunderd zal worden. Anderzijds heeft God Zijn beloften heeft gegeven. En Hij maakt al Zijn beloften heerlijk waar!