Plotseling, en geheel buiten adem, besloot hij te stoppen met zijn taken. Hij kon niet meer. Hij had zoveel gedaan. Hij had rust nodig. Toen kwam de pijn van al die struiken. Het huwelijk was niet zoals hij had verwacht. De kinderen gingen niet in het goede spoor. Op zijn werk had hij moeilijkheden en in het verenigingsleven waren andere, meer bekwame mensen opgestaan. Het leven had hem teleurgesteld. Hij raakte in een crisis.
Hoe kijken wij tegen het leven aan? Een opdrachtenlijst die we met grote toewijding moeten afwerken? Een tijd die we zo goed mogelijk moeten volbrengen? Hoe gaan wij om met alle vragen die in het leven op ons afkomen? Hoe wandelen we in relatie met de Heer van het leven?
Leven of wandelen
In Genesis 5 wordt een aantal namen vermeld. Van iedere man worden de jaren vermeld vanaf het moment dat hij een zoon verwekte tot de dag dat hij begraven werd, behalve van Noach en Henoch. Over Henoch staat in vers 22: "... Henoch wandelde met God ...". De tegenstelling is opmerkelijk. We kunnen dus 'leven' en onze jaren op aarde slijten, of 'wandelen' en dan met God. Laten wij het ons eens afvragen; leven wij of wandelen wij met God?
Wat God in onze wandel met Hem wil uitwerken
Voor een kind van God is het mogelijk om met Hem te wandelen. God wil voor die wandel echter een paar dingen in ons leven uitwerken:
1. Dat we het eens worden met Hem over de richting (Amos 3:3, N.B.G.-'51-vertaling) en
2. dat we gelovig instemmen met Zijn plan om alles onder de heerschappij van Christus te brengen (Efe. 1:10). Dit laatste mag ook in ons leven een realiteit zijn.
Ooit (in de zogenaamde bedeling van de volheid der tijden) zal God alles onder de heerschappij van Christus brengen. In hoeverre is Hij nu al 'hoofd' van ons leven; dat wil zeggen: in hoeverre is Hij bepalend voor onze levensstijl? Wandelen met God houdt in dat we gelovig instemmen met Gods plan zelfs als we Hem niet begrijpen. Wij kiezen echter vaak onze eigen doelstellingen. Een paar voorbeelden:
- we doen er alles voor om gezond een hoge leeftijd te halen;
- we streven naar een vervuld en zinvol leven;
- we zorgen dat ons leven goed en comfortabel kan zijn of
- wij willen als het even kan alle moeilijkheden kunnen ombuigen tot iets positiefs.
Zijn deze doelstellingen nu verwerpelijk? Nee, op zichzelf niet. Maar wat als we worden gekluisterd aan een jarenlang ziekbed? Of als we worden ontslagen en er is geen uitzicht op een nieuwe baan, omdat we daarvoor te oud zijn geworden? Als de inkomsten achteruitgaan en we steeds meer financiële problemen krijgen? Als we de moeilijkheden in ons bestaan niet meer aan kunnen? Wat dan? Willen wij in ons wandelen met God dan nog steeds onze wensen gelovig verbinden met Gods plan? God gebruikt moeilijkheden tot vorming naar het beeld van Christus in ons. Dit wandelen met God kan echter soms pijn doen. Soms lijkt het op een operatie waar God de etterende wonden van onze ik-gerichtheid zonder verdoving schoonmaakt! Willen wij zo'n operatie?
Het positieve voorbeeld van Henoch
Wie was Henoch? Een paar feiten:
Afbeelding: Henoch - Lithografie William Blake (1807)
- Hij leefde voor de zondvloed en werd 70 jaar voor de geboorte van Noach weggenomen;
- Adam was 622 jaar toen Henoch werd geboren en Seth, Adams derde zoon 492 jaar;
- hij heeft ruim 300 jaar geleefd met Adam en
- hij heeft dus geleefd met mannen (zoals Adam en Seth) die de omgang met God kenden.
Hoe was de wereld waarin hij leefde? Een paar feiten:
- Sociaal: een tijd van tolerantie. Al de overleggingen van de mens waren boos. Immoraliteit, rechteloosheid, bandeloosheid; bijna alles werd geaccepteerd;
- Wetenschappelijk: een tijd van vooruitgang. De mens boekte vooruitgang in wetenschap, industrie en technologie. Er is al sprake van een stad die toevallig dezelfde naam heeft als Henoch (genoemd naar een zoon van Kaïn; dus niet de Henoch die genoemd wordt in Genesis 5) en
- Geestelijk: een tijd van arrogantie. De maatschappij was ingesteld op een leven zonder God. De mensen werden volstrekt in beslag genomen door de goede dingen in het leven. De noodzaak ervan (eten en drinken) en de aangenaamheden (huwen en ten huwelijk gevende) dreven hen voort. Mensen waren blind geworden voor de geestelijke werkelijkheid achter de werkelijkheid die zij waarnamen.
In zó'n tijd en zó'n wereld wandelde Henoch met God. Van Henoch worden drie opmerkelijke dingen gezegd:
- Hij wandelde met God (Gen. 5:24). Deze wandel eindigde in een overgang van het aardse leven naar een leven in de nabijheid van God zonder te sterven;
- God had welgevallen aan hem. God vond het fijn met hem te wandelen (Hebr. 11:5) en
- hij was meer ontzet over onheiligheid dan over ongemak. Hij was een prediker tegen de goddeloosheid van zijn dagen (Judas 14 en 15). Als gelovige was het niet makkelijk in een maatschappij te leven waar God buitenstond. Hij zweeg echter niet. Dit zal hem niet in dank zijn afgenomen. Het zal hem grote moeite hebben gekost. Het ongemak woog echter voor hem niet op tegen de onheiligheid van zijn dagen.
Hoe zit dat met ons? Is het niet zo dat wij vaak proberen ongemak te vervangen door goede dingen voor onszelf te zoeken? Ontzetten wij ons nog over onheiligheid? Larry Crabb schrijft in zijn boek Zoektocht naar God: "We zien persoonlijk ongemak (zelfhaat, een lage dunk van onszelf, slapeloosheid, geldzorgen, eenzaamheid) als het voornaamste kwaad waarvan we bevrijd moeten worden. Maar wanneer we het jagen naar gemak vermengen met het christendom wordt Jezus een soort goddelijke masseur op wiens aanspraken we pas echt staan wanneer we voldoende ontspannen zijn". Henoch wandelde. Hij lééfde niet alleen, maar stemde zijn leven dag in dag uit gelovig af op Gods plan, zelfs al ging dat soms tegen persoonlijk ongemak in.
Het negatieve voorbeeld van Lamech
Judas introduceert Henoch als de zevende van Adam af. Vanuit Adam ontsproten er twee verschillende geslachtslijnen. Via Seth (Adams derde zoon) en via Kaïn (Adams eerste zoon). Zoals Henoch de zevende was via de lijn van Seth, was Lamech de zevende in de lijn van Kaïn. Het is boeiend om eens te kijken naar de verschillen tussen Henoch en Lamech. We lezen over Lamech in Genesis 4:17-24. Opnieuw een paar feiten:
- Hij was een polygamist. Dat wil zeggen: hij had meerdere vrouwen (vs. 19);
- hij volgde zijn eigen doelstelling - krachtig en machtig zijn - na (vs. 23) en
- hij ging de weg van Kaïn. Kaïn heeft, als oordeel over de moord op zijn broer, tot aan zijn dood moeten zwerven over de aarde. Zo kon hij God leren zoeken in al zijn ongemak. Kaïn vestigde zich echter op één plek en besloot zijn leven op aarde aangenaam te maken. Dit zien we ook terug in zijn nakomelingen zoals bijvoorbeeld Lamech.
Afbeelding: Lamech - Mozaïek uit de 13e eeuw in de Dom van Monreale, Sicilië
De wijze waarop Lamech het leven benaderde, was: 'Ik ga mijn stad bouwen. Ik wil mijn pleziertjes hier en nu'. De wijze waarop Henoch het leven benaderde, was: 'Ik werk mee aan Gods plan. Ik laat het aan Hem over ooit een stad te bouwen waarvan ik zal kunnen genieten'. Lamech was bezig met '(over)leven' en dat zo goed mogelijk. Henoch was bezig met God en stemde zijn levenswandel gelovig op Hem af.Als wij bezig zijn met het hier op aarde zo goed mogelijk te krijgen en te strijden tegen al onze ongemakken, dan lijken we op Lamech en leven we alleen maar. Maar als wij bezig zijn ons moeitevolle leven te leren te leren aanvaarden als een uitwerking van Gods werk in ons, dan wandelen we als Henoch in het vertrouwen dat God tot Zijn doel komt.
Wandelen in volheid of leegheid
Vaak belijden we met de mond wel dat we het met God eens zijn. We verlangen er ook wel naar dat Christus in ons leven zichtbaar mag worden, maar in de praktijk zien we toch dat we blijven zondigen en worstelen met onszelf ...
We zeggen ook wel in Hem te leven, maar als er dan dingen gebeuren die heel moeilijk voor ons zijn, kunnen we opstandig worden. We zoeken dan naar andere wegen dan de wegen van God om ons toch nog een beetje goed te kunnen voelen. Tegelijkertijd begrijpen we dit dubbele in onszelf niet. We willen vol zijn van God, maar ervaren soms een diepe leegte. Misschien dat het volgende verhaal ons een beetje zicht geeft op de vraag hoe dit nu kan.
'Op een avond zagen mensen een bejaard vrouwtje naar iets zoeken op de straat, vlak voor haar huisje. Ze keken elkaar aan en zeiden: 'die arme oude vrouw'. En ze vroegen haar: 'Wat is er aan de hand? Waar zoekt u naar?' De vrouw antwoordde: 'Ik ben mijn naald verloren'. Ze gingen haar helpen zoeken. Toen kwam iemand op de gedachte te vragen: 'Mevrouw, de straat is behoorlijk lang, het wordt net donker en een naald is zoiets kleins, kunt u misschien zeggen waar hij precies gevallen is?' De vrouw antwoordde: 'Hij is binnen in huis gevallen'. Toen zeiden ze: 'Bent u nu helemaal gek geworden? Als de naald binnen in huis is gevallen, waarom zoekt u dan hier?' De vrouw zei: 'Omdat hier licht is. Binnen is geen licht'. Toen zei iemand: 'Zelfs als hier licht is, hoe kunnen we die naald ooit vinden als u hem binnen verloren bent? De oplossing is om in huis ergens licht te maken, zodat u daar de naald kunt vinden'. Toen begon de vrouw te lachen: 'Jullie zijn zulke slimme mensen als het gaat om kleine dingen. Wanneer gaan jullie diezelfde slimheid eens gebruiken voor je innerlijke problemen? Ik zie dat jullie alle dagen buiten zoeken. Ik weet - uit eigen ervaring - heel goed dat wat jullie zoeken ergens binnenin verloren is gegaan. Gebruik je verstand. Waarom zoeken naar de oplossing van je innerlijke problemen in de buitenwereld? Zijn ze daar soms ontstaan?' Toen verdween de vrouw in haar huis'.
Wij vinden wandelen met God niet altijd makkelijk. We stuiten op problemen. We denken vaak dat de oorzaak buiten onszelf ligt. Bijvoorbeeld in onze opvoeding of in mensen die ons teleurstellen. De wandel met God wordt echter ook de wandel in het Licht genoemd. Het is goed dat wij het licht van Gods Woord over ons innerlijk, onze 'woning' laten schijnen, om te kunnen geloven dat Hij ons innerlijk zal veranderen. Het verschil is: wandelen in de volheid van God of in de leegheid van ons innerlijk.
Lees verder in deel 2