Wat is genade?
Lees Romeinen 3:23,24
- Onverdiende gunst voor zondaars, die het tegenovergestelde verdien(d)en.
- Biedt eeuwige zaligheid aan als een vrije gift voor ieder die gelooft.
- God rekende de zonde toe aan Christus, die de straf op Zich nam, die ons de vrede aanbrengt.
- Genade kan niet worden verdiend of gekocht, zelfs niet gedeeltelijk.
- Gods genade is onbegrensd, oneindig.
Genade vindt z’n grond in het volbrachte werk van Christus. Dat is al vóór de grondlegging der wereld zo door God bepaald en beloofd! (Vgl. 2 Tim. 1:9, Titus 1)
Genade:
Hebreeuws | chanan | = blijk geven van liefde, gunstverlening |
Grieks | charis | = iets wat vreugde en blijdschap brengt |
charitas | = liefdadigheid |
Wat betekent het, dat je genade van God hebt ontvangen?
Je bent begenadigd
“…tot lof van de heerlijkheid Zijner genade, waarmede Hij ons begenadigd (Engelse vertaling: geaccepteerd) heeft in de Geliefde.” (Efe. 1:6)
Je bent verlost
“…En in Hem hebben wij de verlossing door Zijn bloed…” (Efe.1:7) “Hij heeft ons verlost uit de macht der duisternis en overgebracht in het Koninkrijk van de Zoon Zijner liefde
Paulus is de ‘bedeling der genade Gods’ toevertrouwd; wij leven nu in die huishouding ® en dat betekent, dat ‘genade’ de levenssfeer is, waarin wij ons bevinden.
In deze bedeling staat ‘genade’ in de overtreffende trap: zie Efe. 1:7, Kol. 1:14
Je bent gered en vernieuwd
“…ons gered heeft door het bad der wedergeboorte en der vernieuwing door de heilige Geest” (Titus 3:5)
Je bent gerechtvaardigd
“Wij dan, gerechtvaardigd uit het geloof, hebben vrede met God…” (Rom. 5:1)
Je hebt vergeving ontvangen
“Zover het oosten is van het westen, zover doet Hij onze overtredingen van ons” (Ps. 103:12)
Je bent verzoend met de levende God
“Ook u, die eertijds vervreemd en vijandig gezind waart blijkens uw boze werken, heeft Hij thans weder verzoend…” (Kol. 1:21)
Je bent geheiligd
“…evenals Christus Zijn gemeente heeft liefgehad en Zich voor haar heeft overgegeven, om haar te heiligen…” (Efe. 5:25-26)
Je bent verzegeld
“…in Hem zijt gij, toen gij gelovig werdt, ook verzegeld met de Heilige Geest der belofte… “(Efe. 1:13)
Je hebt een onderpand ontvangen
“…die een onderpand is van onze erfenis…” (Efe. 1:14)
Je bent erfgenaam van God
“Zijn wij nu kinderen van God, dan zijn wij ook erfgenamen: erfgenamen van God, en medeërfgenamen van Christus.” (Rom. 8:17)
Je bent een hemelburger
“Want wij zijn burgers van een rijk in de hemelen…” (Fil. 3:20)
Je bent verheerlijkt
“…en die Hij gerechtvaardigd heeft, dezen heeft Hij ook verheerlijkt.” (Rom. 8:30)
Je bent volmaakt
“…want in Hem woont al de volheid der godheid lichamelijk; en gij hebt de volheid verkregen in Hem (lett. ‘gij zijt voleindigd in Hem, vgl. SV)” (Kol. 2:9-10)
Genade vloeit voort uit de liefde van God. Leven uit genade is dan ook: wandelen in de liefde! Liefde is de drijfveer voor je leven met God, je toewijding, je dienst aan Hem, je leven met andere gelovigen (lid van één gezin!).
Genade is: vrijheid
Het zesde hoofdstuk van de brief aan de Romeinen behandelt een misverstand waar predikers van de genade-boodschap soms tegenaan lopen. De apostel Paulus werd er al mee geconfronteerd. Terwijl hij de genade van God benadrukte, waren er mensen die zeiden: “Paulus zegt, dat het niet uitmaakt hoe een christen leeft.” Natuurlijk vergisten zij zich. Dit ‘zei’ Paulus helemaal niet, maar zijn boodschap was voor sommigen kennelijk aanleiding om zo te reageren. Het was dus nodig, dat Paulus hier iets over moest zeggen.
Hoofdstuk 6 begint met de vraag: “Wat zullen wij dan zeggen?” Dat wil zeggen, na alles wat we nu hebben gezegd (in hs. 1-5) met betrekking tot de zaligheid die door genade verkregen is, wat is dan de slotsom van het christelijke leven? Als de zaligheid volledig rust op de genade van God, zodanig dat ‘goede werken’ er niets mee van doen hebben, betekent dat dan dat een christen gerust in zonde (verder) kan leven? Maakt het dan allemaal niets meer uit? “Mogen wij bij de zonde blijven, opdat de genade toeneme?” Paulus’ antwoord is kort en duidelijk: “Volstrekt niet!” Of, zoals de Statenvertaling zo mooi zegt: “Dat zij verre.”
Dr. Martin Lloyd Jones zegt in zijn commentaar op de Romeinenbrief, dat “…als wij in getrouwheid de waarheid der genade doorgeven, dan zullen wij erop moeten rekenen, dat we soms misverstaan worden. We zullen van tijd tot tijd dezelfde verklaring moeten geven als de apostel in zijn dagen.”
Degenen, die onverkort de boodschap der genade prediken als een vrije gift voor een ieder die gelooft, die worden hiermee geconfronteerd. Enerzijds gaat deze boodschap in tegen hen, die menen dat zij – in wat voor mate dan ook – goede werken moeten doen om de zaligheid te beërven. Anderzijds denken sommigen, dat zij een vrijbrief hebben om hun gang te gaan: alles is geoorloofd. Maar vrijheid is niet hetzelfde als losbandigheid! Paulus roept op om de vrijheid niet te gebruiken als een aanleiding voor het vlees (Gal. 5:13).
Iemand, die door genade de zaligheid heeft ontvangen wordt opgeroepen die zaligheid te bewerken, zoals een boer zijn akker bewerkt, opdat hij vrucht geve… (vgl. Fil. 2:12). Uiteraard allemaal in afhankelijkheid van de Here, Die alle dingen leidt. Hij werkt het willen en het werken in ons uit, tot Zijn eer en verheerlijking.
Naar: The Berean Searchlight