De verhoging of hemelvaart van Christus is een heilsfeit. Heilsfeiten zijn momenten waarop er cruciale dingen tot stand gebracht zijn; dingen die op de voorgrond staan in Gods plan. Van alle heilsfeiten die er in de Bijbel staan, zijn die rond de komst van de Heere Jezus in deze wereld - ongeveer 2000 jaar geleden - het meest bekend. Er zijn op de christelijke kalender speciale momenten aan gewijd. Denk aan het Kerstfeest, Goede vrijdag, Pasen en Pinksteren. Tussen die laatste twee bevindt zich nóg een feestdag: hemelvaartsdag. De naam zegt het al: op deze dag wordt stilgestaan bij de hemelvaart (van Christus).
Deze psalm wordt in het Nieuwe Testament redelijk vaak aangehaald. Bijzonder, want het is een psalm met slechts 7 verzen. Regelmatig gaat het dan over de hemelvaart van de Heere Jezus met verwijzing naar 'het zitten aan de rechterhand van God' en over Christus' priesterschap in overeenstemming met de ordening van Melchizedek - in de Hebreeënbrief kún je daar niet omheen. Hoewel Melchizedek een Oudtestamentische figuur is, komt zijn naam daar slechts tweemaal voor (in Genesis 14 en Psalm 110) en in het Nieuwe Testament negenmaal (in de Hebreeënbrief).
In dit boekje wordt deze psalm in drie hoofdstukken behandeld. Hoofdstuk 1 gaat over de opbouw van deze psalm. Juist uit de manier waarop deze is opgebouwd, kunnen we namelijk al veel leren over het koningschap en het priesterschap van Christus. Wat is de betekenis daarvan en wat is de onderlinge samenhang?
In hoofdstuk 2 staat de eerste helft van de psalm centraal en denken we na over het koningschap van Christus. Het derde en laatste hoofdstuk gaat over de tweede helft van deze psalm en daarmee over het priesterschap van Christus, dat een priesterschap is volgens de ordening van Melchizedek.