Kijk naar Davids Heer en Meester, let op Zijn begin. Hij was veracht en werd afgewezen door mensen. Een Man van smarten en vertrouwd en ziekte. En hoe Zijn einde? Hij zit aan de rechterhand van de Vader, wachtende tot Zijn vijanden gemaakt zijn tot een voetbank voor Zijn voeten. Zoals Hij zijn ook wij in deze wereld. Tenzij wij ons kruis dragen zullen wij nooit gekroond worden. Tenzij wij door het moeras waden zullen wij nooit wandelen op gouden straten. Kom op dan, kind van God. Het einde is beter dan het begin. Kijk naar de rups, hoe verachtelijk zijn verschijning. Maar dat is het begin. Zie de vlinder met z’n mooie vleugels, dansend in de wind, spelend in de zonnestralen, draaiend rond de bloemen, vol van leven en vreugde. Dat is het einde. U bent als de rups die z’n omhulsel aflegt en vervolgens verschijnt in heerlijke gedaante. Zo zullen wij, als Christus verschijnt, met Hem verschijnen in heerlijkheid. We zullen Hem gelijk wezen. Wees tevreden met het heden, zoals Hij, veracht en verworpen, en wees blij met Hem te delen in Zijn glorie.
De ruwe diamant wordt met de slijpsteen bewerkt. Aan alle kanten wordt hij geslepen. Het lijkt alsof hij veel kostbaar materiaal verliest. Maar glinsterend komt hij eruit tevoorschijn. De koning wordt gekroond, de diadeem pronkt op zijn hoofd en de diamant schittert in het rond. Wij zijn als diamanten, want we zijn kinderen van God. En dit is de tijd van het slijpen, het bewerken. Laat geloof en volharding z’n geduldig werk doen, want de dag der kroning komt naderbij. En als de Koning in Zijn glorie verschijnt zullen wij schitteren in schoonheid en pracht. Het einde van onze zaak is beter dan het begin!