De Bijbel en zij die er in geloven, hebben het Romeinse rijk door Gods Woord overwonnen. Ondanks keizers en pausen hebben zij met de Bijbel de kerkhervorming tot stand gebracht. Zo zullen zij ook in de allerlaatste beslissende wereldstrijd die in voorbereiding is, de wereld en de antichrist overwinnen. En uit die strijd zal ook dan weer een grote schare van belijders en triomferende strijders in witte klederen voortkomen.
In afwachting van die komende glorie bekeert de Bijbel zielen uit alle talen, natiën en tongen, gelijk hij altijd gedaan heeft. Rondom ons leven mensen die totaal blind zijn voor het allerhoogst en eeuwig goed. Maar velen uit hen zullen door de trouw van getuigen van Jezus in aanraking komen met de Bijbel en het zal hun dan zijn alsof de blinddoek van hun ogen wordt weggenomen.
Gedurende alle jaren die voorbijgegaan zijn is de Bijbel nog altijd dezelfde bron van licht en leven.. Zijn kracht wordt zelfs meer openbaar, naarmate de tijd voortsnelt. Hij wordt ook steeds schoner en wel naarmate men meer gaat zien dat de Bijbel van Jezus getuigt. Hij wordt ook meer betrouwbaar voor hen die uit zijn diepe wateren putten, omdat zij van jaar tot jaar meer ervaren dat niets anders goddelijk betrouwbaar is dan dit boek alleen.
In het jaar 1796 schreef de 72-jarige wijsgeer Emmanuël Kant in een brief aan de abt Sièyes te Parijs: "De Bijbel is het boek, welks inhoud op en voor zichzelf van zijn goddelijke oorsprong getuigt. Hij ontdekt ons de grootte van onze schuld en de diepte van onze val, de grootte van het verlossingsplan en de uitvoering daarvan. De Bijbel is mijn edelste schat, en zonder die schat zou ik ellendig zijn."
Het is beter te wonen in een huiskamer zonder piano of orgel of radio of televisie of eikenhouten boekenkast of tapijten op de vloer of duur porselein in de kast dan zonder het heilige Boek. Wanneer alle bibliotheken ter wereld uitbrandden en alle literators een ander vak kozen, en de Bijbel bleef, dan zou dit voor de wereld duizenden malen beter zijn dan het omgekeerde: de Bijbel weg en menselijke rede en fantasie op de troon.
Laat het voor ieder van ons zo mogen zijn als de psalmist heeft getuigd: “Ik verblijd mij over Uw Woord, als iemand, die rijke buit vindt.” (Ps. 119:162)