Eindtijd
Het boek Openbaring spreekt in hoofdstuk 17 en 18 over de ondergang van Babel. De stad Babylon, als representant van het laatste, wereldse rijk, zal “met geweld neergeworpen worden, en het zal nooit meer gevonden worden” (Opb. 18:21). Dit zal plaatsvinden in de eindtijd.
Het begrip ‘eindtijd’ of ‘tijd van het einde’ (HSV) komt alleen in het boek Daniël voor en heeft betrekking op de allerlaatste fase van de geschiedenis van Israël. Het gaat dan om de periode van de laatste jaarweek (Dan. 9), waarin de grote verdrukking valt (Matt. 24), en wat er daarna nog volgt. De eindtijd is verhoudingsgewijs een korte periode waarin de apotheose van de (wereld)geschiedenis plaatsvindt. Het is de tijd waarin de weeën overgaan in de laatste weeën, die het meest pijnlijk zijn en direct voorafgaan aan de geboorte. Het is de tijd die beschreven wordt in het laatste Bijbelboek: “Openbaring van Jezus Christus, die God Hem gegeven heeft om Zijn dienstknechten te laten zien wat spoedig moet geschieden …” (Opb. 1:1). Het woord ‘spoedig’ betekent niet dat het er snel aan zit te komen, maar dat de dingen die in het boek beschreven worden in snelheid of met haast moeten geschieden. Anders gezegd: de gebeurtenissen zullen elkaar in snel tempo opvolgen. In betrekkelijk korte tijd staat er heel wat te gebeuren. In dat tijdsbestek speelt zich de laatste jaarweek (periode van zeven jaar – zie Dan. 9:27) af, waarvan de helft in Openbaring omschreven wordt als “een tijd en tijden en een halve tijd” (= drieënhalf jaar – Opb. 12:14) en “tweeënveertig maanden” (idem – Opb. 11:2 en 13:5).
Op enig moment in die eindtijd wordt satan uit de hemel op de aarde geworpen en dan staat er: “Wee hun die de aarde en de zee bewonen, want de duivel is naar beneden gekomen, naar u toe, in grote woede, omdat hij weet dat hij nog maar weinig tijd heeft” (Opb. 12:12).
En ook het oordeel en de verwoesting van Babel vindt in korte tijd plaats: “Wee, wee de grote stad Babylon, de sterke stad, want in één uur is uw oordeel gekomen” en “Wee, wee de grote stad, waarin allen die schepen op zee hadden, rijk zijn geworden door haar weelde. Want in één uur is zij verwoest” (Opb. 18:10, 16 en 19).
Inzicht
Het is dus goed om te beseffen dat we volgens de Bijbelse betekenis van het woord nog niet in de eindtijd leven vandaag in 2023, maar dat we nog steeds op weg zijn naar die eindtijd. En zolang die periode nog niet werkelijk is aangebroken, is ook de wetteloosheid nog werkzaam als een geheimenis. Met andere woorden: achter de schermen gebeuren allerlei zaken die nu nog verborgen zijn, met name voor het grote publiek. Voor mensen die de Bijbel niet kennen en Gods Geest niet hebben. Gods kinderen bevinden zich ook wat deze dingen betreft in een bijzondere en bevoorrechte positie! Zij bezitten immers Gods Woord, waardoor zij inzicht kunnen hebben in wat er zich afspeelt in de wereld waarin zij leven. Inderdaad: kúnnen hebben! Want als je als gelovige Gods Woord niet leest c.q. bestudeert, blijft het in ieder geval voor een deel een gesloten boek. De psalmist zegt niet alleen zo mooi: “Uw Woord is een lamp voor mijn voet en een licht op mijn pad”, maar benadrukt ook: “Het openen van Uw woorden geeft licht, het schenkt eenvoudigen inzicht” (Ps. 119:105 en 130).
Pas als je de Bijbel open doet en gaat lezen, ontvang je inzicht. God is door Zijn Geest de Auteur van het Woord en diezelfde Geest woont in het hart van de gelovigen, zodat zij het kunnen verstaan. Dat Woord leert ons niet alleen wie God is, maar geeft ons ook inzicht in Zijn plan, het plan der eeuwen.
God heeft deze wereld geschapen en de klok aangezet, zodat de tijd ging lopen. Hij heeft de mens erop geplaatst en de aarde ter bewoning toebereid (Jes. 45:18). Het plan van de eeuwen (Gr. aionen) die elkaar opvolgen, wordt nu uitgevoerd en aan het eind is de cirkel rond. God kent het heden en overziet de toekomst; Hij kan de toekomst voorzeggen, want Hij weet al wat er gaat gebeuren. Hij leeft altijd in het heden, is boven de tijd verheven.
In Jesaja 46:9 en 10 zegt de HEERE: "Denk aan de dingen van vroeger, van oude tijden af, dat Ik God ben en niemand anders. Ik ben God, en er is er geen als Ik, Die vanaf het begin verkondigt wat het einde zal zijn, van oudsher de dingen die nog niet plaatsgevonden hebben; Die zegt: Mijn raadsbesluit houdt stand en Ik zal al Mijn welbehagen doen."
Hierin is God uniek. Niemand kan al aan het begin het einde verkondigen. De Bijbel, het Woord van God, waarin dat einde verkondigd wordt, is ook uniek. Er zijn heel veel religieuze boeken, bijvoorbeeld het boek van de islam, dat door velen gelezen wordt. Dat wordt ook het Woord van God genoemd, maar dat is het niet. Hetzelfde geldt voor elk ander godsdienst-boek. Je kunt met logische argumenten bewijzen dat alléén de Bijbel het enige ware Woord van de enige ware God is!
Eén van de argumenten daarvoor is het profetisch Woord. De Bijbel geeft in detail aan dat er in de toekomst iets gaat gebeuren, en ook de manier waarop en wanneer. Daarin is de Bijbel volkomen uniek. Logisch ook wel, want alle andere godsdienst-boeken zijn door mensen geschreven. En ja, de Bijbel ook, maar die mensen zijn geïnspireerd geweest door de Geest van God! Paulus schreef daarover het volgende: “Heel de Schrift is door God ingegeven…” (2 Tim. 3:16). Letterlijk staat hier: door God ingeblazen. God heeft dus mensen gebruikt om Zijn woorden op te schrijven en leidde hen daarin door Zijn Geest. De apostel Petrus schreef daar ook over: “En wij hebben het profetische woord, dat vast en zeker is, en u doet er goed aan daarop acht te slaan als op een lamp die schijnt in een duistere plaats, totdat de dag aanbreekt en de morgenster opgaat in uw hart. Dit moet u allereerst weten, dat geen enkele profetie van de Schrift een eigenmachtige uitleg toelaat; want de profetie is destijds niet voortgebracht door de wil van een mens, maar heilige mensen van God, door de Heilige Geest gedreven, hebben gesproken” (2 Pet. 1:19-21).
Omdat de Geest van God de Auteur is van het Woord, heb je die Geest nodig om het te (kunnen) verstaan. Alleen zo kun je God (beter) leren kennen en Zijn Woord begrijpen (zie 1 Kor. 2:9-11). Als je de Bijbel gaat lezen en onderzoeken vanuit deze gezindheid, zul je alleen maar bevestigd worden in de waarheid en weet je na verloop van tijd zeker, dat de Bijbel niet anders kan zijn dan het Woord van de levende God. Mensen zouden dat zelf nooit zo hebben kunnen realiseren. Bedenk wel, dat de Bijbel niet zomaar in één keer uit de lucht is komen vallen. Maar liefst 40 schrijvers van uiteenlopende rangen en standen hebben in verschillende tijden en vanuit diverse achtergronden over een periode van ruim 1500 jaar het werk gedaan. Alleen dat gegeven al maakt de Bijbel volstrekt uniek!
Als je dan tot de conclusie bent gekomen dat de Bijbel het Woord van God is en dat erkent, dan heeft dat wel consequenties. Dan word je geacht dat Woord te lezen, het te aanvaarden (ook al begrijp je niet alles) en het ook te gehoorzamen.
Kooplieden
In Openbaring 17 en 18 gaat het dus over de val van Babylon en daar wordt nog iets belangwekkends bij vermeld: “Want uw kooplieden waren de groten van de aarde. Door uw toverij immers werden alle naties misleid” (18:23).
De vraag waarmee we de vorige aflevering eindigden, was: Wie zijn die kooplieden c.q. groten der aarde? Uiteraard kunnen we over de identiteit van hen nu nog niets zeggen. Wat we wel weten, is dat het hier niet gaat om ‘gewone’ mensen die in de handel hun bedrijf uitoefenen. Het Griekse woord ‘emporos’ wijst op mensen van het grote geld, zij die wereldwijd opereren, bijvoorbeeld via multinationals, ngo’s, financiële instellingen, en zo meer. Zij zijn, zoals hier gezegd wordt, de ‘groten der aarde’. Hier wordt het woord ‘megistanes’ gebruikt: de magnaten, de groten, de vooraanstaanden. Zij hebben gedronken uit de beker van Babel en samen met de koningen der aarde hoererij met haar bedreven (18:2-3). Zij zijn rijk geworden door haar (18:15) en niet zo’n beetje ook. Hun rijkdom is exorbitant. Dit Latijnse woord betekent letterlijk: buiten de baan (geraakt). Hun rijkdom gaat alle perken te buiten. Welnu, vandaag manifesteert zich die exorbitante rijkdom al bij mensen c.q. ondernemingen die met hun overvloed aan geld en middelen wereldwijd hun invloed kunnen uitoefenen, en dat ook doen! Deze rijken bevinden zich overwegend in het Westerse deel van de mondiale samenleving. Niet voor niets wordt wel gesproken over ‘het rijke Westen’. Tim Gielen heeft een mooie documentaire gemaakt met als titel: ‘MONOPOLIE – Wie bezit de wereld?’. Hij onthult op basis van controleerbare feiten hoe praktisch alles op aarde - media, technologie, voeding, overheid, farma, enz. - in handen is van een kleine groep superrijken, die door hun astronomische rijkdom in principe de hele aarde kunnen controleren.
Er is nog iets wat ons niet mag ontgaan in Openbaring 18:23. In dit vers wordt namelijk gesproken over ‘uw kooplieden’. Dat zijn dus de kooplieden van Babel. In de eindtijd zal de rijkdom zich manifesteren in het Midden-Oosten, met als verzamelplaats en representant de stad Babel. Het is dus niet ondenkbaar dat wat nu nog als Westerse rijkdom geldt, met financiële centra als de City in Londen en Wall Street in New York, dat in de toekomst terechtkomt bij en gecentraliseerd wordt in Babel. Toegegeven, dat heeft nog wel enige voeten in de aarde, maar het kan snel gaan.
Op 27 januari 2020 kwam een persbericht uit over Babylon:
- “Irak is van plan een nieuwe stad te bouwen in het centrale gouvernement Babylon voor een bedrag van bijna 1,5 biljoen Iraakse dinar ($ 1,25 miljard). Het project zal worden gefinancierd via een olie-voor-projectenfonds dat in 2019 is opgericht als een joint venture met China, zei Aliqtisad News, daarbij gouverneur Hassan Al-Quraishi citerend. Hij gaf geen details over de "New Babylon City", maar zei dat het een van de vier strategische projecten is die binnen het Chinese fonds aan de regering worden gepresenteerd.”
Ook in andere media, zoals de Jerusalem Post en The Art Newspaper, werd/wordt over de (her)bouw van Babel gesproken. De plannen zijn er dus. Hoe dan ook, Openbaring zegt dat Babylon het centrum is van het laatste rijk, waar de groten en machtigen der aarde hun thuisbasis zullen hebben.
Wetteloosheid
De uitdrukking ‘uw kooplieden’ zegt niet alleen iets over hun thuisbasis, de stad Babel, maar ook over hun morele status. Babel staat immers ook voor zonde en ongerechtigheid, liefdeloosheid, wetteloosheid en de eigenmachtigheid van de mens. Zoals we al eerder zagen is ‘Babel’ eigenlijk de verzamelnaam voor alle tegen-God-ingaande werken, de werken der duisternis. De Bijbel zegt dat geldzucht (of: liefde voor geld) wortel is van alle kwaad (1 Tim. 6:10), en dat zal in de eindtijd ook duidelijk zichtbaar worden. Dan zal blijken dat de werkelijke heersers over de wereld de Babelse rijken zijn, de wereldhandelaars, de vermogende elite. Degenen die alles ondergeschikt willen maken aan hun eigen geldzucht, die alles tot object van hun ‘koopwaar’ maken, inclusief “lichamen en zielen van mensen” (Opb. 18:12-13).
Zij doen hun zaken in de door en door verdorven geest van Babylon, de “woonplaats van demonen” en een “schuilplaats van allerlei onreine geesten”; dat is een geest van afgoderij en godslastering, van puur materialisme en manipulatie van alles en iedereen, ook van politieke en religieuze leiders.
Deze kooplieden staan feitelijk in dienst van de boze. Zij misbruiken alle goedgelovigen en denken slechts in termen van omzet en winst. Daartoe worden problemen gecreëerd die er in werkelijkheid niet of nauwelijks zijn, maar - met behulp van de massamedia - de gewone mensen angst inboezemen, zodat zij gewillige slachtoffers worden van hun immorele big business. U kunt ook vandaag daar zelf al voorbeelden bij bedenken.
Mens der wetteloosheid
Alles wat zich nu nog in het verborgene afspeelt en behoort tot de duistere werken van de boze, zal in de toekomst aan het licht komen, openbaar worden. De ontwikkelingen die vandaag gaande zijn op allerlei terreinen vormen mede de inleiding tot en voorbereiding van wat in de eindtijd zal gebeuren. Alles heeft een voorgeschiedenis. Het geheimenis van de wetteloosheid is reeds in werking en het eindigt in de openbaring (het zichtbaar worden) van de mens der wetteloosheid, de mens die zich god waant.
Grote gebeurtenissen werpen hun schaduwen vooruit. Daarom is het goed oplettend te zijn en de ontwikkelingen in onze tijd te volgen. Wees er bedacht op, signaleer het, ontmasker de onvruchtbare werken der duisternis. We kunnen het allemaal niet veranderen of verhinderen dat het gebeurt, maar we kunnen er wel op letten en waar nodig voor waarschuwen.
We hoeven niet tegen (de machten van) het kwaad te strijden in de hoop het tij te kunnen keren, want dat gebeurt niet. Het (profetisch) Woord moet en zal dus ook worden vervuld. Dat Woord is ons gegeven om het te kunnen herkennen als het gebeurt. Dat is de ene kant. De andere kant is dat het ook spreekt over de glorieuze (weder)komst van Christus, want daar loopt het op uit.
Wat er ook gebeurt en hoe donker het ook wordt in geestelijk opzicht, het licht van Gods Woord en Zijn beloften blijft stralen. En… de Heere is de Eerste en de Laatste. Hij is het Die is en Die was en Die komt! Dat te weten geeft de (hemel)burger te allen tijde goede moed!
Omdat Hij leeft, ben ik niet bang voor morgen,
Omdat Hij leeft, mijn angst is weg.
Omdat ik weet: Hij heeft de toekomst
En het leven is het leven waard, omdat Hij leeft!
(Opwekking 47)