Volken
In Genesis betekent goyiem gewoon 'volken'. Vijf geslachten na Noach kwamen de volken terecht een in een bepaald woongebied, Genesis 10. Weer vijf geslachten later wordt Abraham gesteld tot 'vader' van alle volken (goyiem, Gen. 17:15). Zij zullen in hem gezegend worden (18:18). Dit vaderschap is het evangelie, dat God aan Abraham verkondigde. (Gal. 3:8) Alle volken (ethnos) zullen gezegend worden in Jezus Christus (Gal. 3:14)!
Gods volk
In Exodus slaat het woord goy (enkelvoud) voor het eerst op Israël. Dit volk is door Hem afgezonderd tot een koninkrijk van priesters, een heilige natie (goy; 19:6). Vanaf Deuteronomium is goy (enkelvoud) in het Oude Testament gereserveerd voor Israël. Het Nieuwe Testament bevestigt Gods keuze: "Gij echter zijt een uitverkoren geslacht, een koninklijk priesterschap, een heilige natie (ethnos), een volk [Gode] ten eigendom, om de grote daden te verkondigen van Hem, die u uit de duisternis geroepen heeft tot Zijn wonderbaar licht." (1 Petr. 2:9)
Israël en andere volken
Na Exodus komt goyiem (meervoud) voor, zonder dat Israël daaronder valt. Zo ook in het Nieuwe Testament (Matt. 4:15, Rom. 3:29). Hiermee deelt God de wereld in. Hij scheidt het volk Israël af van de andere volken; er zijn Joden en niet-Joden (Gal. 2:9; Efz. 2:11). Vanaf Exodus ligt het accent op goyiem die afgoden dienen. Dit hoeft voor individuen niet op te gaan, want: "onder elk volk (ethnos) is wie Hem vereert en gerechtigheid werkt, Hem welgevallig." (Hand. 10:35) De positie van Israël als goy is uniek. De achterliggende betekenis van goy is lichaam. Israël is Gods (godsdienstig) lichaam, een heilsorgaan dat t.z.t. ingezet wordt om de (heiden-)volken het heil van Jezus te brengen (Jes. 42:6; Luc. 2:32). "Want zo heeft ons (Israël) de Here geboden: Ik heb u gesteld tot een licht der heidenen (ethnos), opdat gij tot heil zoudt zijn tot aan het uiterste der aarde." (Hand. 13:47)
Evangelie
Echter, omdat Israël de Messias (nog) niet aannam, functioneert zij (nog) niet als goy voor de volken. Vandaar dat Paulus vraagt: "Is God alleen de God der Joden? Niet ook der heidenen? Zeker, ook der heidenen (volken, ethnos)." (Rom. 3:29) God liet alle volken (ethnos) op hun eigen wegen gaan, totdat de weg der verlossing voor hen open lag (Hand. 14:16). De betekenis van ethnos in o.a. de brieven van het Nieuwe Testament verschuift van volken naar individuen. De apostel der heidenen, Paulus (Rom. 11:13), is voor hen geroepen.2 "Mij, … is deze genade te beurt gevallen, aan de heidenen (ethnos) de onnaspeurlijke rijkdom van Christus te verkondigen." (Efe. 3:8)
Alle volken
Heidenen konden in de Tempel niet voor het altaar verschijnen om zich met God te verzoenen. Het was hen op straffe des doods verboden het Tempelplein te betreden.3 Er was een muur opgetrokken, die scheiding bracht tussen Jood en heiden. Deze 'muur' brak Jezus in geestelijke zin voor de heidenen weg (Efe. 2:13-15). Door te geloven in het offer van Zijn leven aan het kruis is verzoening mogelijk. Deze directe werking van het heil buiten de Tempel om, was voor Israël geheimgehouden. Paulus schrijft: "Hem nu, die bij machte is u te versterken, naar …de prediking van Jezus Christus, naar de openbaring van het geheimenis, eeuwenlang verzwegen, …volgens bevel van de eeuwige God …bekendgemaakt onder alle volken (ethnos)." (Rom. 16:25-26)
Nieuwe mens
Jood en heiden zijn (evenals Gods oorspronkelijke goy) ook verbonden in een lichaam, namelijk de gemeente, als Lichaam van Christus. Individuele gelovigen uit alle volken (inclusief Israël) vormen samen dat Lichaam. Daarvan is Christus het Hoofd. Dit noemt Paulus een nieuwe Mens, oftewel nieuwe mensheid 4,(Efe. 2:15).
Wat is uw perspectief, Jood of heiden? Bent u al toegetreden tot de nieuwe Mens? "Door Hem hebben wij beiden in één Geest toegang tot de Vader." (Efz. 2:17). U kunt in alle vrijmoedigheid en vertrouwen toetreden door te geloven in Jezus! (Efe. 3:12)
Alle mensen
Onder ‘alle volken’ is thans ook Israël begrepen. Maar, wat als alle stammen van Israël in de toekomst samen Zijn afgezonderde 'goy' worden zal? Dan gaat in vervulling: "Ik stel u tot een licht der volken, opdat mijn heil reike tot het einde der aarde." (Jes. 49:6b) "Verheugt u, heidenen, met Zijn volk." (Rom. 15:10) Het duurt nog even, maar zeker is dat alle volken de heilige God zullen aanbidden (Openb. 15:4). Tot aan het einde der tijden zal aan alle volk en stam en taal en natie een eeuwig evangelie worden verkondigd (Openb. 14:6). Niemand hoeft het rijke evangelie te missen! Iedereen kan zich met God verzoenen.
Voetnoten
1. Het andere woord voor het volk van Israël, is het Hebreeuwse ‘am’, ‘laos’ in het Grieks. Het accent bij deze woorden ligt op een aaneengesloten groep, een gemeenschap.
2. De apostel Petrus ervoer eerder hetzelfde (Hand. 15:7).
3. De steen met de inscriptie van het verbod staat nu in een museum in Constantinopel.
4. Mens, ‘anthropos’ (Gr.), betekent niet alleen mens, maar ook mensheid.