Profetisch Woord
Een oude profetie uit Gods Woord ging daarmee in vervulling. In Numeri 24:17 horen wij Bileam zeggen: "Ik zal hem zien, maar niet nu; ik zal hem aanschouwen, maar niet van nabij. Er zal een ster uit Jakob voortkomen, er zal een scepter uit Israël opkomen..."
Vers 15 zegt, dat dit een spreuk is van de man "van wie de ogen geopend zijn". God is bij machte mensen de ogen te openen voor een verre toekomst. Hij is de ‘God, die 't heden kent, de toekomst overziet’. De ster van Bethlehem was 'slechts' een bevestiging van het profetisch Woord en een belangrijk teken aan de (hemel)wand.
De ster uit Jakob, waarover Bileam sprak, wijst op de komst van de Messias. Die ster werd in feite ook al gezien in Jozefs droom in Genesis 37, vers 9: "Zie, ik heb weer een droom gehad; en zie, de zon, de maan en elf sterren bogen zich voor mij neer". Uiteraard is Jozef hier zelf de 12e ster. Hij is een geweldig type van de Heere Jezus in zijn verwerping door zijn broeders en verhoging aan het hof van Egypte.
Deze sterren in de Bijbel spreken duidelijke taal! Aan het einde van de Bijbel bevestigt de Heere Jezus die taal als Hij zegt: "Ik ben... de blinkende Morgenster" (Opb. 22:16).
Getuigenis
De Geest van Christus gaf vooraf getuigenis van "…al het lijden, dat op Christus komen zou en ook van de heerlijkheid daarna" (1 Petr. 1:11). Ook daarvan hebben de wijzen uit het oosten kennelijk iets geweten. Zij kwamen namelijk om Hem hulde te bewijzen en brachten geschenken mee: goud (heerlijkheid), wierook (aanbidding) en mirre (lijden).
Het signalement van de Messias was door God met grote nauwkeurigheid gegeven, zowel in Zijn lijden als in Zijn heerlijkheid. De lijdensprofetieën zijn inmiddels letterlijk vervuld. Dat geeft ons ook de zekerheid van de toekomstige vervulling van al die andere voorzeggingen.
Ook in de spreuk van Bileam wordt de eerste komst van Christus verbonden met Zijn wederkomst. De ‘ster uit Jakob’ wijst vooral op Zijn 1e komst, nu bijna 2000 jaar geleden. De ‘scepter’ (teken van koningschap) die oprijst uit Israël bepaalt ons vooral bij Zijn wederkomst.
In Genesis 49:10 lezen wij over de zegen die Jakob uitspreekt over Juda: "De scepter zal van Juda niet wijken en evenmin de heersersstaf van tussen zijn voeten, totdat Silo komt, en Hem zullen de volken gehoorzamen".
De Heere Jezus zal komen als de rechtvaardige Koning, de Leeuw uit de stam Juda (Opb. 5). Hij Die eens als het Lam van God op aarde was om het werk der verlossing tot stand te brengen, zal Zich straks openbaren in Zijn glorie. Als Overwinnaar zal Hij gezien worden door iedereen! Het laatste Bijbelboek beschrijft de Dag dat Hij Zijn grote macht opneemt en Zijn koningschap aanvaardt. Dat betekent, dat Hij de vijandschap teniet zal doen en allen die Hem hulde betuigen zal zegenen!
Toekomst
De wijzen uit het oosten waren voorlopers van de volkeren, die in de toekomst de Koning der Joden zullen eren: "Het zal in het laatste der dagen geschieden dat de berg van het huis van de HEERE vast zal staan als de hoogste van de bergen, en dat hij verheven zal worden boven de heuvels, en dat alle heidenvolken ernaartoe zullen stromen. Vele volken zullen gaan en zeggen: Kom, laten wij opgaan naar de berg van de HEERE, naar het huis van de God van Jakob … " (Jes. 2:2 en 3a).
Een berg is in de Bijbel ook een beeld van een koninkrijk. Het koninkrijk van Israël zal straks het voornaamste zijn, boven alle andere verheven. Het zal gesteld worden tot ‘hoofd der volkeren’ (Jer. 31:7). Het Koninkrijk, dat straks wordt opgericht, zal de hele aarde beheersen (zie Dan. 2:35 en Zach. 14:9) en door de onderwijzing van de HEERE zal de aarde vol worden van de kennis van Zijn heerlijkheid (Hab. 2:14).
Vreugde
Zoals de wijzen zich verheugden toen zij Zijn ster zagen en later de Koning zelf mochten aanschouwen, zo mogen wij ons nu al verblijden in het profetisch Woord, dat schijnt als een lamp in de duisternis. De ‘donkere dagen voor Kerst’ symboliseren de donkere dagen van de eindtijd. De enige hoop die er is, het enige licht dat schijnt te midden van de duisternis, is van God afkomstig. En wij weten het ook vanuit de natuur: als de nacht op z'n donkerst is, verschijnt plotseling de morgenster als voorloper van de opkomende zon. Zo zal ook straks in de donkere nacht van deze wereld dé Morgenster verschijnen tot redding en Hij zal vervolgens als de Zon der gerechtigheid Zijn heerlijkheid openbaren!