Indringend
In Kapernaüm was een hoofdman over honderd gestationeerd, een Romein. Hij had een zeer gewaardeerde slaaf, die ziek was. Deze centurion zond de oudsten van de Joden naar de Heere Jezus met het verzoek om de slaaf te genezen: "Toen die bij Jezus gekomen waren, smeekten zij Hem indringend en zeiden: Hij is het waard dat U dat voor hem doet" (Luk. 7:4).
Vanwege zijn liefde voor het volk en de bouw van de synagoge verzochten ze de Heere Jezus indringend om hem te helpen.
Haasten
Een andere betekenis is haasten. "In die dagen stond Maria op en reisde haastig naar het bergland, naar een stad van Juda" (Luk. 1:39).
Inzet
De genadeboodschap van Paulus zou aanleiding kunnen geven tot gemakzucht, want ‘het is alles uit genade, niet uit werken’ wordt wel eens geredeneerd. In Romeinen 12 spreekt Paulus over de toewijding aan de Heere, de onderlinge liefde van gelovigen en de praktische levenshouding, ook ten opzichte van elkaar: "Wees niet traag wat uw inzet betreft. Wees vurig van geest. Dien de Heere" (Rom. 12:11).
Het is een aansporing om ijverig te zijn en niet traag. Traag heeft te maken met futloos, laks, passief of lauw zijn. Paulus zegt: dat past niet bij de gelovige, maar dien de Heere!
Inzet geldt ook voor leidinggevenden: “… wie leiding geeft, met inzet …” (Rom. 12:8).
Voorbeeld
Paulus laat door zijn leven een voorbeeld van zeer grote inzet en toewijding zien, niet alleen in woorden maar ook met daden. Ook Paulus’ medewerkers gaven het goede voorbeeld en hij dankt de Heere hiervoor: "Maar God zij dank, Die dezelfde inzet voor u in het hart van Titus gegeven heeft. Hij heeft immers mijn aansporing ontvangen, maar is ook uit eigen beweging vol ijver naar u toe gereisd" (2 Kor. 8:16-17). Wat een vreugde geeft het als gelovigen vol inzet de weg met de Heere gaan.
Verlangen en beijveren
"U, die de komst van de dag van God verwacht en daarnaar verlangt, de dag waarop de hemelen, door vuur aangestoken, zullen vergaan en de elementen brandend zullen wegsmelten. Maar wij verwachten, overeenkomstig Zijn belofte, nieuwe hemelen en een nieuwe aarde, waar gerechtigheid woont. Daarom, geliefden, terwijl u deze dingen verwacht, beijver u om onbevlekt en smetteloos door Hem bevonden te worden in vrede" (2 Petr. 3:12-14).
Petrus schrijft aan de vreemdelingen, zijn Joodse broeders, in de diaspora en beschrijft de tijd van moeite voorafgaand aan de komst van Christus. Het verlangen is dat de komst van de dag van God snel zal plaatsvinden. De gelovige van die tijd moet zich wel volhardend inzetten om onbevlekt en onberispelijk te leven. De inhoud van de oproep tot ijver verschilt al naar gelang de tijd waarin een gelovige leeft.
Elkaar ontmoeten
"Maar nu wij, broeders, voor een korte tijd van u gescheiden waren – wat betreft het gezicht, niet wat betreft het hart – hebben wij ons des te meer beijverd om uw gezicht te zien, met grote begeerte" (1 Thess. 2:17). Paulus had een groot verlangen zijn broeders te zien van aangezicht tot aangezicht.
Hij zond Epafroditus, die de dood nabij was geweest, des te sneller naar de Filippenzen, opdat zij zich weer konden verblijden als zijn hem zagen (Fil. 2:28).
In zijn twee laatste brieven roept Paulus zijn medewerkers op om zich te beijveren om (spoedig) naar hem te komen (2 Tim. 4:9, 21; Tit. 3:12). Hij is in gevangenschap, zijn loop is bijna ten einde gekomen, het is zaak om taken over te dragen en het zal ook een bemoediging en blijdschap geweest zijn toen hij zijn meest trouwe medewerkers voor de laatste keer ontmoette.
Het woord beijveren in bovenstaande teksten is een werkwoord en betekent: doe je uiterste best.
Hierin ligt voor ons ook een les. Zet je in om elkaar te ontmoeten en zo elkaar te kunnen bemoedigen en samen blij te zijn met datgene wat we hebben ontvangen.
Welbeproefd
"Beijver u om uzelf welbeproefd voor God te stellen, als een arbeider die zich niet hoeft te schamen en die het Woord van de waarheid recht snijdt" (2 Tim. 2:15). Deze bekende tekst mogen we in gedachten houden van dag tot dag. Een gelovige is welbeproefd als hij de verschillende tijden en roepingen in Gods Woord onderscheidt - “Opdat gij beproeft de dingen, die verschillen …” (Fil. 1:10 SV) .
De boodschap voor deze tijd is dat gelovigen behoren tot het Lichaam van Christus met een bovenhemelse roeping. Het is onze taak om ons uiterste best te doen deze boodschap tot ons te nemen, deze ijverig te onderzoeken en daarna ook uit te dragen, vaak met strijd als gevolg, maar de beloning is groot!
"Ik heb de goede strijd gestreden. Ik heb de loop tot een einde gebracht. Ik heb het geloof behouden. Verder is voor mij weggelegd de krans van de rechtvaardigheid die de Heere, de rechtvaardige Rechter, mij op die dag geven zal" (2 Tim. 4:7-8a).