In de ‘grote, boze wereld’ zullen de meesten van ons niet zo opvallen temidden van zovelen die dat wel graag doen. Op het wereldtoneel is het een dringen en duwen en de een vindt zichzelf nog belangrijker dan de ander. Toch, ook al zijn we één van de velen, onze plaats in die wereld is uniek. Niemand kan ons plekje overnemen en wijzelf zijn ook niet in staat een ander te vervangen.
Vanuit Gods optiek bekeken geldt dit nog meer omdat we weten (geloven) dat Hij u en mij dit plekje heeft gegeven. Of, om het anders te zeggen, geloof ik dat het Zijn bewuste keuze is geweest dat ik in dit land en deze plaats woon en niet in China of Irak geboren ben.
Wanneer we ons plekje in ‘kleine kring’ bekijken, is het meestal eenvoudiger het unieke van ons leven en onze positie te ontdekken. Niet alleen als we kijken naar hetgeen we kunnen betekenen voor anderen of hoe anderen van ons afhankelijk zijn. Ook als we kijken met ‘geloofsogen’ mogen we zien hoe we op onze plaats zijn.
Ons plekje in de wereld, het gezin, familie, gemeente, school, werk, enz. Je moet er oog voor hebben, anders zie je het bijzondere er niet van in. Evenals het unieke van het kennen van de Here Jezus. Daar bent u, ben jij hopelijk toch ook nog steeds niet aan ‘gewend’ geraakt? Ik kan me er buitengewoon over verheugen als ik bedenk dat ik door Jezus’ dood mag leven! Maar je moet daarin wel wakker blijven. Voor je het weet val je in slaap en gaat er heel veel van het unieke van God aan je voorbij.
De apostel Johannes roept in het laatste bijbelboek de mensen op om wakker te blijven. ‘Wees waakzaam’, zegt hij. Wakker blijven is zo belangrijk in een tijd waarin heel veel mensen (ook gelovigen; ook u en ik) in slaap gesust worden door narcosegassen zoals geld, luxe, tv, computer, egoïsme, vrije tijd, enz. Kortom, allemaal bedreigingen voor een wakkere omgang met de Here Jezus.
Als we ontwaken uit onze ‘slaapstand’ en opeens weer oog krijgen voor ons unieke plekje zoals God dat ziet, dan wordt je daar zo blij van. Je dankt de Heer voor wie Hij is en voor wat Hij voor je heeft gedaan; je kunt het wel uitschreeuwen in één grote jubelkreet richting de hemel. Je hart loopt over van dankbaarheid en je voelt je als ‘verliefd op de Heer’. Een gevolg daarvan is (zoals ook Johannes dat beschrijft in de eerder genoemde bijbeltekst) dat je ook oog krijgt voor je medemensen. Na het ‘wees wakker’ schrijft Johannes: “...en versterkt het overige dat dreigde te sterven.” Over die laatste woorden wil ik graag nog iets kwijt.
‘Versterkt het overige’ zegt iets over een groep mensen (het ‘overige’) die niet zo belangrijk lijkt. Het overige is zoiets als ‘diversen’ wanneer je bij een opsomming het restantje nog even ergens onder moet brengen. ‘Overige’ klinkt zéker niet persoonlijk en geeft de indruk van onbelangrijk zijn. In de wereld en in onze directe omgeving zijn er zovelen die onbelangrijk lijken… in de ogen van mensen. Mensen die weggestopt zitten achter de anonieme muren van een inrichting; kinderen weggegooid in een vuilnisemmer; familie die je wegstopt achter een scherm van ‘niets meer mee te maken willen hebben’; buren die je gedumpt hebt in een vat van ‘niet mee om te gaan’.Maar ze zijn niet onbelangrijk voor God. Johannes roept de gelovigen hier op om oog te hebben voor ‘het overige’. En niet alleen oog te hebben maar om hen ook te versterken! Wat kan het een heerlijk stukje ‘werk van/voor de Heer’ zijn om anderen te versterken. Op een of andere manier aan mensen te laten zien waar je je kracht (versterken) vandaan kunt krijgen en hoe je, temidden van zoveel werelds geweld, staande kunt blijven en zelfs tegen de stroom in kunt zwemmen.
Ik heb net een boek uit over de gelovigen in China (“Dochter van China”). Als ik zie hoe onze broeders en zusters in China leven, schaam ik me voor alle materialistische zaken in ons ‘wilde westen’. Dan doet het me verdriet dat ik me druk maak om zoveel dingen die helemaal niet ter zake doen. Dan buig ik diep mijn hoofd voor het intense verlangen van deze broeders en zusters om de Levende Heer te ‘delen’ met anderen én... ik ben jaloers op hen, die zo eenvoudig met en dicht bij de Heer leven.
Maar misschien moet je daarvoor wel eerst aan den lijve ondervinden wat het is om een kind van God te zijn. Mogelijk worden we dan pas echt wakker.