Mogelijk kent u deze Psalm aan de hand van de 'conclusieteksten' terwijl het overige van de Psalm wellicht onbekend is. Zullen we eens bij het begin beginnen en zien hoe we uiteindelijk tot een conclusie komen?
Voor zover ik heb kunnen nagaan, vinden we in het eerste vers van een Psalm een korte samenvatting van de hele Psalm. Zo ook hier. In het eerste vers spreekt de God van de goden tot de aarde en daarmee is eigenlijk ‘de toon gezet’ in dit gedeelte. Want dat zegt ons iets van de enorme afstand die er is tussen God en mensen. God wordt hier de God van de goden genoemd. Daarmee wordt nog eens extra gewezen op zijn bijzonder hoge ‘status’. Hij is niet zomaar Iemand. Hij is de God van de goden; de hoogste van allen. Zoals in vers 14 staat: de Allerhoogste. Nog scherper (en tevens pijnlijk) wordt de verhouding tussen God en de mens beschreven in vers 16: Tot de goddeloze zegt God... Daarmee worden God en mens op hun plaats gezet. Het is God die spreekt en de mens die aangeduid wordt als ‘de goddeloze’.
Mocht u nu tot op dit punt in mijn ‘betoog’ gekomen zijn zonder te steigeren, dan bent u een abnormaal mens! Misschien schrikt u daarvan, heeft nog nooit iemand dat tegen u gezegd (of durfde dat niet) dan zeg ik dat nu, en ik kan het weten. U overigens ook, want het staat gewoon in deze psalm te lezen. Wanneer u het tot nu toe met mij eens bent geweest, dat God hoog boven de mens verheven is, dan is dat niet de algemeen geldende opvatting onder de mensen en maakt u dat tot een bijzonder (dus abnormaal) mens. We lezen in vers 21 wat de gangbare opvatting is: Gij beeldt u in, dat Ik geheel en al ben als gij. Voor de meesten is er weinig of geen verschil tussen God en mensen. Zo sterk zelfs dat menig mens stelt dat God niet bestaat of dat Hij dood is. Allemaal het gevolg van het gelijk stellen van God aan de mens (of het verheffen van de mens tot God). Als we eerlijk durven te zijn, dan moeten we toegeven dat we zelf ook wel eens aan deze vergissing mank gaan. Ook wij (u en ik) denken nogal eens zo over God. Of is Hij voor u altijd die bijzondere, hoge en verheven Heer, die Hij in werkelijkheid ook is?
Het voordeel van het eerlijk toegeven van je fouten (ook op dit punt) is dat je je opnieuw bewust wordt van je uitgangspunt(en). Het zet je, om het zo maar eens te zeggen, weer helemaal op je plaats. Wij mensen weten niet wie God is en hebben er totaal geen idee van hoe groot en machtig Hij is. Vers 22 zegt: “gij, die God vergeet”. Dat is nog eens een rake typering!
Het geweldige bij dit alles is (en dat lazen we al in vers 16) dat die hoogverheven God wil spreken tot ons goddeloze mensen. God acht Zich niet te groot om af te dalen tot u en mij. Dat is evangelie; dat is water voor een dorstige ziel. Dat is tot de ontdekking komen hoe geweldig genadig God ons mensen is. Dat is met een dankbaar hart voor de 50e keer een blad als AMEN uitbrengen. Dat is gewoon eens een keer je ‘waterval’ dicht houden en in stille verwondering je ogen sluiten, denkend: O, Heer, wat is uw liefde groot...
In die gesteldheid mogen we tenslotte aan de conclusie van deze Psalm toekomen. Ook als het gaat om uw en mijn leven. Pas wanneer we onszelf en de Heer de plaats geven die beiden toekomen, dan pas gebeurt er een wonder.
Vers 15: Wanneer ik mijn beperktheid onder ogen zie en vandaar uit, in benauwdheid gekomen, God aanroep, dan zal Hij mij redden en ik zal niet anders willen en kunnen dan Hem eren. Eren in de betekenis van ‘Hem geven wat Hem toekomt’.
Vers 23: Ook hier gaat het om de eer van God. Wie lof offert, eert Mij. Als ik ontdek Wie de Heer is en wat Hij voor mij heeft gedaan, dan zal de dankbaarheid; de lof, niet ontbreken. Dat zal ik het uitroepen van dankbaarheid. En God van zijn kant, breekt door alle barrières heen en laat mij zijn heil zien. Dat laatste begrijp ik ook niet... maar het is iedere keer wel mijn ontdekking: God, mijn God is een wonderlijke Heer, wiens heil ik (nu nog) door het geloof mag zien!
Wo(o)rdwijzer - Deel 13: Psalm 50
Wo(o)rdwijzer
Deel 13: Psalm 50De kans is groot dat u deze Psalm kent; bijvoorbeeld door vers 15 (ook wel ‘het telefoonnummer’ van God genoemd): "Roep Mij aan ten dage der benauwdheid, Ik zal u redden en gij zult Mij eren.” Of is het laatste vers van deze Psalm u meer bekend: ”Wie lof offert, eert Mij, en baant den weg, dat Ik hem Gods heil doe zien.”
Meer artikelen in de serie "Wo(o)rdwijzer":
- Deel 1: Slapende rijk worden
- Deel 2: Het is onmogelijk
- Deel 3: Tot inzicht komen
- Deel 4: Ik ben op de vlucht!
- Deel 5: Moet u ook eens doen!
- Deel 6: Christus kennen
- Deel 7: Je leven geven voor…
- Deel 8: Hulp zoeken
- Deel 9: Droom je nog wel?
- Deel 10: Is dat even schrikken!
- Deel 11: Versterk het overige
- Deel 12: Een vergissing is menselijk
- Deel 13: Psalm 50
Meer in AMEN 50 - augustus 2003:
- Lectori Salutem - 50 keer AMEN: een mijlpaal!
- Het levende water - Deel 4: Water uit de Rots
- Het getal 50 in de Bijbel
- Woordstudie - Deel 14: Vijftig
- Wo(o)rdwijzer - Deel 13: Psalm 50
- What's in a name?
- De Bijbel: Uniek geschenk - Deel 5: Uniek in de verspreiding
- Het getal 50 in het Oude en Nieuwe Testament
- De 9 Internet-geboden
- Geloof in de Gelderhorst
- De wederopbouw van Irak
- Het 50e jaar: Een Jubeljaar voor de HERE
- De heerlijkheid des HEREN - Deel 2
- Zacharia - Deel 10: Heilsbeloften 2
- Ik ben verzekerd...
- Inleiding Nieuwe Testament - Deel 2: Het Evangelie naar Marcus