Komst
Hoewel wij bij het woord komst (we gebruiken in dit artikel de NBG-´51 vertaling) aan een bepaald tijdstip denken waarop iemand komt, is de letterlijke vertaling van dit woord: aanwezigheid, of het ernaast zijn. Dit Griekse woordje parousia vormt een tegenhanger van het Griekse woord apousia, wat betekent: afwezigheid. Beide woorden worden door de apostel Paulus gebruikt in Filipp.2: "Daarom, mijn geliefden, gelijk gij te allen tijde gehoorzaam zijt geweest, blijft, niet alleen zoals in mijn tegenwoordigheid (parousia), maar nu des te meer bij mijn afwezigheid (apousia), uw behoudenis bewerken met vreze en beven..." (vs. 12).
De wijze waarop Paulus het hier gebruikt is kenmerkend voor de betekenis waarin het in het gehele Nieuwe Testament voor komt. Het gaat namelijk om de zichtbare, lichamelijke aanwezigheid! In dit geval van Paulus. Maar in de meeste gevallen van de Here Zelf, Die komen zal. Het woord parousia (m.b.t. de Here) toepassen op de tijd waarin we nu leven, is schriftuurlijk niet op zijn plaats: De Here is immers niet op zichtbare wijze aanwezig op deze aarde. Dat is na Zijn komst wel zo, zodat we mogen zeggen dat de (aan)komst van de Heer het begin van Zijn parousia (= aanwezigheid) op aarde vormt.
Parousia wordt gebruikt in verband met de komst van de Heer in de volgende Schriftplaatsen: Matt. 24:3, 27, 37, 39; 1 Kor. 15:23; 1 Tess. 2:19; 3:13; 4:15; 5:23; 2 Tess. 2:1, 8 ("als Hij komt"); Jak. 5:7, 8; 2 Petr. 1:16; 3:4; 1 Joh. 2:28.
Op één uitzondering na wordt het telkens vertaald met: komst. Let wel, het woord parousia als zodanig komt vaker voor in de Bijbel. Hier zijn slechts de plaatsen genoemd waar het betrekking heeft op de komst van de Heer.
Gezien de grondbetekenis van dit woord, die in Filippenzen 2:12 wel heel duidelijk gegeven wordt, moeten we bij komst in de hiervoor aangehaalde verzen dus niet alleen denken aan de beweging van het komen als zodanig, maar (vooral) ook aan de tijd die daarop volgt. Zo spreekt bijv. 1 Korintiërs 15:23 over "bij Zijn komst", wat ons onwillekeurig doet denken aan een enkel tijdstip, terwijl er letterlijk staat: "in Zijn komst", wat meer overeenstemt met de vertaling van "tegenwoordigheid".
Door het gebruik van parousia duiden bovenstaande bijbelteksten op een langere tijd van-aanwezig-zijn van de Here.
Openbaring
Een ander woord dat verband houdt met de komst van de Here is het Griekse woord apokalupsis. Letterlijk betekent dit: ontsluiering. Het laatste bijbelboek staat bij ons bekend als de ´Openbaring van Jezus Christus´ (Openb.1:1). Behalve dat het hier een openbaring (enkelvoud!) door de Here betreft, blijkt deze samen te hangen met de openbaring van de Here. Hij zal worden geopenbaard. De sluier, waardoor Hij nu verborgen is, zal weggedaan worden! (Vgl. hier bijv. Openb. 6:14-17). In tegenstelling tot parousia - wat spreekt van een tijdperk - gaat het bij de openbaring veel meer om een tijdstip. Het woord apokalupsis wordt in de Bijbel - in verband met de komst van de Here - gebruikt in de volgende Schriftplaatsen: 1 Kor. 1:7; 2 Tess. 1:7; 1 Petr. 1:7, 13; 4:13; evt. Openb. 1:1.
Verschijning
Het derde woord waarmee iets wordt weergegeven van de komst van de Here Jezus is het woord verschijning (Grieks: epiphaneia). Een letterlijke vertaling van dit woord zou zijn: óplichting. Dit moet vanzelfsprekend in een andere zin opgevat worden dan ´oplichting´ zoals dat wel in onze taal gehanteerd wordt! ´Lichten´ is hier niet ´tillen´, maar ´schijnen van licht´.
Wanneer het woord afzonderlijk gebruikt wordt heeft het een veel minder rigoureuze betekenis dan openbaring.
Verschijning komt in de Bijbel alleen voor met betrekking tot de Here. De eerste maal wordt het in verbinding gebracht met de parousia van de Heer. De overige keren wordt een opzichzelfstaande gebeurtenis beschreven: 2 Tess. 2:8; 1 Tim. 6:14; 2 Tim. 1:10; 2 Tim. 4:1, 10; Tit. 2:13.
Zo zien we dat verschillende woorden gebruikt worden om bepaalde fasen aan te geven in verband met de wederkomst van de Here Jezus. Waar en wanneer we de gebeurtenissen die door deze woorden beschreven worden moeten plaatsen, is sterk afhankelijk van de plaats waar we ze lezen. Daarnaast wordt ons zicht op deze dingen completer naarmate we bijvoorbeeld ook andere woorden in de Bijbel onderzoeken die hiermee verband houden. Hierbij valt te denken aan: openbaren, verschijnen, de dag des HEREN, de dag van Christus, verwachting, hoop, opname/wegrukking, einde, oordeel, koninkrijk, eindtijd, etc., etc.
Al deze begrippen hebben hun betekenis en houden verband met die ene, hoopvolle boodschap: Jezus komt!