Inleiding Nieuwe Testament - Deel 21: 1 Petrus

Inleiding Nieuwe Testament

Deel 21: 1 Petrus

In deze artikelenserie worden een aantal inleidende opmerkingen met betrekking tot de zevenentwintig boeken van het Nieuwe Testament gegeven. Om de bijbellezer te helpen meer zicht te krijgen op de bedoeling die de Heilige Geest met de verschillende boeken en brieven van het Nieuwe Testament heeft.

Algemeen

Evenals dat met de Jakobusbrief (zie AMEN 68) het geval is, behoren de beide Petrusbrieven samen met die van Johannes en Judas tot de 'algemene zendbrieven'. Deze door mensen bedachte uitdrukking is overigens wat misleidend: alsof met deze brieven aan christenen in het algemeen geschreven wordt, terwijl al deze brieven juist overwegend Joods / Israëlisch van karakter zijn.

Schrijver, ontstaan en bestemming

De apostel Petrus behoorde tot de twaalven en nam onder hen een zeer belangrijke positie in. Ook is hij de apostel waar het om draait in de eerste helft van het boek Handelingen. Evenals Jakobus gold ook Petrus als één van de steunpilaren van de gemeente te Jeruzalem (Gal. 2:9). Hem waren de sleutels van het koninkrijk der hemelen gegeven (Matt. 16:19); sleutels die hij in Handelingen gebruikt eerst ten behoeve van het Joodse volk, later ten behoeve van de heidenen.
Als we in 1 Petrus 1:1 lezen dat Petrus zich richt tot de diaspora (= verstrooiing), moeten we onmiddellijk beseffen dat hiermee niet de heidenen (of de gemeente) wordt bedoeld. In die zin is er in het licht van de Bijbel slechts één volk dat verstrooid is en dat is het volk van Israël; vergelijk hier ook Jakobus 1: "... de twaalf stammen in de verstrooiing" (vs. 1). Petrus richt zich daarmee tot gelovigen uit Israël die op dat moment in verschillende gebieden leefden; gebieden die in het tegenwoordige Turkije liggen.
Blijkens 2 Petrus 3:15 heeft ook Paulus aan hen geschreven (bijv. door middel van de Galatenbrief). Daarbij schreef hij vanuit zijn eigen apostelschap waarbij (ook) voor Petrus één en ander moeilijk te verstaan was (2 Pet. 3:16).
Verder zien we dat Petrus het ook heeft over de "vaderen" (1 Pet. 1:18 en 2 Pet. 3:4), wat ons ook bepaalt bij het volk Israël (vgl. Rom. 9:5 en Hebr. 1:1).
Waarschijnlijk schreef Petrus zijn beide brieven rond het jaar 60 na Christus; dat is dus nog net vóór de afsluiting van de Handelingentijd. Hij schreef zijn brief volgens hoofstuk 5:13 vanuit Babylon (de Griekse benaming van het Hebreeuwse Babel), de stad die gedurende deze huidige boze eeuw de grote tegenhanger is van Jeruzalem, de stad van de grote Koning.

Structuur gehele brief

A. hfdst.1:1, 2 Briefstijl.
  B. hfdst. 1:3-12 Inleiding, dankzegging; voorbeschouwing van het onderwerp van de brief.
    C. hfdst. 1:13-2:10 Algemene aansporingen met het oog op het einde.
      D. hfdst. 2:11-4:6 Bijzondere aansporingen met betrekking tot lijden en heerlijkheid.
    C. hfdst. 4:7-19 Algemene aansporingen met het oog op het einde.
      D. hfdst. 5:1-9 Bijzondere aansporingen met betrekking tot lijden en heerlijkheid.
  B. hfdst. 5:10, 11 Afsluiting, gebed; afronding en samenvatting van het onderwerp van de brief.
A. hfdst. 5:12-14 Briefstijl.

Doel en inhoud

Om deze brief (en ook de tweede Petrusbrief) goed te kunnen 'plaatsen', is het belangrijk dat we begrijpen dat Petrus een specifiek apostelschap van de Heer had ontvangen; namelijk: voor de besnedenen (Gal. 2:9). De boodschap die hij bracht, staat geheel in het kader van dat apostelschap. Daarom ligt ook deze brief in het verlengde van de boodschap die hij bijvoorbeeld predikte in Jeruzalem. De kern daarvan vinden we in Handelingen 3:19-21, waar staat: "Komt dan tot berouw en bekering, opdat uw zonden uitgedelgd worden, opdat er tijden van verademing mogen komen van het aangezicht des Heren, en Hij de Christus, Die voor u tevoren bestemd was, Jezus, zende; Hem moest de hemel opnemen tot de tijden van de wederoprichting aller dingen, waarvan God gesproken heeft bij monde van Zijn heilige profeten, van oudsher".
Als we de eerste Petrusbrief doorlezen, hoeven we weinig moeite te doen om te ontdekken dat hetgeen Petrus schrijft, tegen de achtergrond van deze komst van Christus staat (zie hfdst. 1:5, 7 en 4:13, 17 en 5:8). Het koninkrijk van de Heer was blijkbaar nog steeds aanstaande. Door te verwijzen naar de "dagen van Noach" (hfdst. 3:20 en 21), laat Petrus zien dat men opnieuw op het punt stond van de ene 'eeuw' over te gaan naar de 'volgende'. Ditmaal zou met Christus' openbaring de toekomende eeuw aanbreken; de eeuw van Christus' koningschap.
Wat ook opvalt, is dat Petrus zijn lezers erbij bepaalt toch vooral hun positie in te nemen die zij hebben in Gods plan. Israël was onder het oude verbond gesteld tot een koninkrijk van priesters (Exod. 19:6) en nu (gedurende de Handelingentijd) roept Petrus de gelovigen op hun plaats als zodanig - maar nu onder het nieuwe verbond - in te nemen (hfdst. 2:4 en 5).

Kerntekst

"Doch de God van alle genade, Die u in Christus geroepen heeft tot Zijn eeuwige heerlijkheid, Hij zal u, na een korte tijd van lijden, volmaken, bevestigen, sterken en grondvesten" (hfdst. 5:10).

Duizenden lezers gingen u voor. Ondersteun AMEN. Word ook abonnee!

Nieuw in de Morgenroodreeks

De Morgenroodboekjes komen uit in de Morgenroodreeks: een serie Bijbelstudieboekjes die sinds 1960 wordt uitgegeven. De in deze reeks verschenen boekjes zijn handzaam en praktisch en helpen je verder om de Bijbel beter te leren kennen.

Het Wonder van het Zaad

Vanuit zijn ervaring als moestuinier legt de auteur prachtige verbanden met Bijbelse waarheden. Zaad is een beeld van het gepredikte Woord van God; denk aan de gelijkenis van de zaaier. Zo wonderbaar als de werking van het zaad is dat in de grond gestopt wordt en met een onbegrijpelijke kracht vrucht voortbrengt, zo is het ook met de wedergeboorte "uit onvergankelijk zaad, door het levende en eeuwig blijvende Woord van God" (1 Pet. 1:23b).

Met Johannes 12:24 - "Voorwaar, voorwaar, Ik zeg u: Als de tarwekorrel niet in de aarde valt en sterft, blijft hij alleen, maar als hij sterft, draagt hij veel vrucht" - verwees de Heere Jezus naar Zichzelf. Hij is hét Zaad dat nieuw en onvergankelijk leven tot stand heeft gebracht.

Ook als e-book verkrijgbaar!

Meer info & bestellen 'Het Wonder van het Zaad'

Wat is wijsheid?

Er is in heden en verleden al heel veel over wijsheid nagedacht. In dit boekje richten we ons op de wijsheid die in de Bijbel, Gods Woord, aan de orde komt. Het bezig zijn met - ja, liefhebben van - wijsheid is het hoofdthema van de filosofie. Dit woord (filosofie) komt slechts eenmaal in de Bijbel voor en wel in waarschuwende zin: "Pas op dat niemand u als buit meesleept door de filosofie en inhoudsloze verleiding, volgens de overlevering van de mensen, volgens de grondbeginselen van de wereld, maar niet volgens Christus" (Kol. 2:8). Het is juist beter je te richten op Christus Zelf "in Wie al de schatten van de wijsheid en van de kennis verborgen zijn" (Kol. 2:3).

Ook als e-book verkrijgbaar!

Meer info & bestellen 'Wat is wijsheid?'

Het Getuigenis van de Sterren - 3e druk

Dit is een opmerkelijk boek! Het geeft een schitterende uiteenzetting van Bijbelse waarheden aan de hand van de sterren en de sterrenbeelden. Daar waar door astrologie en horoscopen een sluier is komen te liggen over de werkelijke betekenis van deze hemellichamen, gaat dit boek uit van het heldere feit dat God de Schepper ervan is!

We zijn blij met de verschijning van deze derde druk. De eerste druk verscheen in 1999 als vertaling van de Engelse uitgave The Witness of the Stars, die stamt uit 1893. Dit boek is een standaardwerk dat als basis is gebruikt voor vele later verschenen boeken over de sterren(beelden).
Een mooi boek om erbij te hebben tijdens je vakantie, wanneer je op een heldere avond de sterrenhemel bekijkt! "De hemelen vertellen Gods eer, en het uitspansel verkondigt het werk Zijner handen ..." (Ps. 19:2; N.B.G.-'51-vertaling).

Meer info & bestellen 'Het Getuigenis van de Sterren'