Verlangen naar meer of minder
Sommigen zoeken dit meer in een bepaalde vorm van beleving van het geloof: geweldige lofprijzing dat je hart diep raakt... Zij gaan uit hun dak bij een geweldige praise-avond. Anderen zoeken dit meer in het ervaren van God die wonderen en tekenen doet en bezoeken grote genezingssamenkomsten. Weer anderen willen dit meer vinden in de stilte, in meditatie, in een klooster... Sommigen verlangen ernaar Gods stem zo te horen dat ze precies weten wat God van hen vraagt... In al deze gelovigen is echter een verlangen naar meer te zien. Meer van God zien, meer van God ervaren, meer van Zijn Geest merken. En met diep verlangen wordt des te krachtiger gezongen: meer kracht, meer liefde, meer van U in mijn leven!
Ik ken ook gelovigen die verlangens hebben naar minder. Dit ken ik ook: minder zondigen, minder zoeken naar mijzelf, minder eer nodig hebben, minder bevestiging willen ontvangen, minder ik en meer Hij! Maar ook: minder pijn, minder moeite, minder strijd, etc.
Paulus´ verlangen
Bij Paulus proef je ook een diep verlangen wanneer hij schrijft: “Dit alles om Hem te kennen en de kracht van Zijn opstanding...” (Fil. 3:10 vv).
Paulus´ verlangen strekte zich uit naar kennis van God en de kracht van Zijn opstanding. Dit kennen is meer dan een oppervlakkig waarnemen van iets, maar een diepere, intieme relatie ervaren met God, door Zijn Zoon Christus Jezus. Deze kennis was hem zoveel waard dat hij daarvoor wilde lijden en schande dragen, net zoals de Here Jezus hem daarin was voorgegaan! (Fil. 3:8)
Paulus wilde niet alleen een diepere, intiemere relatie met God leren kennen, maar ook wat de kracht van Jezus´ opstanding in deze relatie zou kunnen uitwerken. Paulus heeft al eerder gezegd dat hij geloofde in die kracht.
- Die kracht was werkzaam in hem en die kracht is met geen pen te beschrijven (Efe. 1:19).
- Vanuit die kracht kon Paulus zijn taak uitvoeren door anderen te vertellen hoe verrijkend je leven wordt als je Christus leert kennen (Efe. 3:7).
- En deze kracht hielp hem om vol te houden, terwijl allerlei negatieve krachten en machten erop gericht waren hem van Christus af te houden (Efe. 6:10)
Toch schrijft Paulus hier dat hij ernaar verlangde de kracht van de opstanding van Christus te leren kennen om zo te komen tot de ‘opstanding uit de doden’!
‘Zou mogen komen tot de opstanding uit de doden’
Bij dit begrip moeten we even stilstaan. Want wat bedoelt Paulus hier met deze uitdrukking? Iedereen die gelooft dat Jezus voor zijn of haar zonden gestorven is en dat Hij is opgestaan, mag vanuit Gods Woord toch weten dat er ook voor hem of haar een leven is na de dood? Een opstanding, om met een nieuw lichaam in de hemel te wonen, bij Hem aan wie wij ons hart en leven hebben toevertrouwd? Hoe kan Paulus dan schrijven dat hij ‘zou mogen komen tot de opstanding uit de doden’? Want dit lijkt in te houden dat hij daar niet zo zeker van was. Dit wordt nog eens versterkt door de woorden ‘niet dat ik het reeds zou verkregen hebben, of reeds volmaakt zou zijn, maar ik jaag ernaar, of ik het ook grijpen mocht’ (vs. 12).
Om hier helderheid over te krijgen, moeten we iets weten over wat de Bijbel leert over ‘opstanding’. Ik geef het in grote lijnen weer:
- Opstanding is onomkeerbaar. Ieder mens, gelovig of niet-gelovig krijgt te maken met de opstanding. Er is voor ieder mens een leven na de dood. Of je het nu gelooft of niet! Er is echter wel verschil in opstanding van gelovigen en niet-gelovigen. De opstanding van niet gelovigen is verbonden met oordeel over ongeloof en de opstanding van gelovigen is verbonden met leven in eeuwigheid met God, in een nieuw lichaam.
- Hoewel er vóór Christus enkele mensen zijn opgewekt uit de doden (dochtertje van Jaїrus, de jongeling uit Nain), was Christus de eerste van hen, die daarna nooit meer lichamelijk zullen sterven. Hij was van tussen-de-doden-uit opgewekt (met achterlating van doden die nog in het dodenrijk achterbleven).
- In de Bijbel is sprake van meerdere opstandingen. Dat blijkt bijvoorbeeld uit de woorden: ´eerste´ en ´betere´ die we in de Bijbel gekoppeld zien aan opstanding (Openb. 20:4-6 en Hebr. 11:35). Dat houdt dus meer opstandingen in.
Paulus was zeker van de lichamelijke opstanding. Hij wist ook dat dit voor hem leven in eeuwigheid bij God zou betekenen (het leven is mij Christus en het sterven winst – Fil. 1:21). Dit alles op basis van de genade waardoor hij behouden was geworden (en wij ook!). Er is voor Paulus en ons absoluut een plekje in de hemel waar wij zullen wonen in een nieuw lichaam dat geen pijn meer zal hebben en waar we niet meer mee kunnen zondigen. Een heerlijk vooruitzicht! Waar Paulus echter niet zeker van was, was datgene waar hij zich naar uitstrekte: de prijs van de roeping Gods, dat te maken heeft met de opstanding uit de doden (vs. 14).
‘Jagen naar het doel, de prijs der roeping Gods’
Ook dit begrip vraagt om enige uitleg. Wat bedoelt Paulus met de ‘prijs der roeping Gods’? In een paar verzen vertelt Paulus ons iets van zijn diepste verlangens: Hij wil de kracht leren kennen van de opstanding van Christus in zijn leven met God en verlangt vervolgens daarvoor een prijs te ontvangen, wanneer hij zelf ook lichamelijk zal opstaan uit de doden.
De prijs lijkt een beloning te zijn als gevolg van de uitwerking van Paulus´ diepste verlangens. Voor die prijs maakte hij duidelijke keuzes: Hij zou zich niet meer bezighouden met allerlei zaken die achter hem lagen. Die zaken waren gekoppeld aan een leven volgens allerlei wetten en rituelen. Al die zaken zouden hem alleen maar afleiden van de prijs die hij wilde halen als blijk van zijn diepe verlangen naar Christus Zelf! Al die zaken zouden ook de kracht van de opstanding van Christus blokkeren. En de vervulling van zijn diepste verlangen zou uitblijven.
De kracht van de opstanding van Christus op een nieuwe intiemere manier ervaren, had voor Paulus alles te maken met het doel dat hij voor ogen had. De prijs van de roeping Gods, die van boven is, van Christus. Wat deze prijs precies is, wordt volgende keer in het slotartikel uitgelegd.
Paulus maakte dus keuzes vanwege dit doel. Hij zegt dit met woorden als: “alles wat mij winst was, heb ik om Christus´ wil schade geacht”. Dit hield in o.a. in zijn aanzien onder de geloofsgeleerden van zijn tijd, zijn kennis van de wet, zijn wetsgetrouwe leven, zijn eigen gerechtigheid (´door eigen inspanningen in een goed blaadje komen bij God´). Hij schrijft ook: “Vergetende hetgeen achter mij ligt…”
Het beeld dat Paulus hier gebruikt is dat van een wedloop. Er is een prijs te halen. Die prijs ligt aan de finish. En als je die prijs wilt halen, moet je niet achterom kijken. Je moet maar één ding voor ogen houden. Eén ding is waardevol. Net zoals David het schreef: “Eén ding heb ik van de HERE gevraagd, dit zoek ik: te verblijven in het huis des HEREN al de dagen van mijn leven” (Ps. 27:4). Eén ding was noodzakelijk om de prijs in ontvangst te kunnen nemen en dat is niet achterom kijken. Niet meer steunen op allerlei leringen of voorschriften van mensen of rituelen om dichter bij God te komen.
Het gaat niet om het inrichten van je geestelijk leven naar allerlei verplichtingen, rituelen en door mensen opgelegde wetjes, maar om wie Christus Zelf voor je is! Heeft Hij je hart? Snap je het verlangen van Zijn kant naar jou? Snap je dat er een beloning voor jou klaar ligt die Hem mooier maakt en jouw toekomstige heerlijkheid nog groter laat zijn? Er kunnen heel wat zaken zijn waardoor feitelijk het zicht wordt belemmerd op de prijs die voor ons klaarligt aan het einde van onze wandel op aarde.
Verlangen naar meer of naar de Heer?
Naar wat of wie verlangen we? Naar grotere ervaringen met God? Naar minder pijn? Naar meer zegeningen? Naar minder schuldgevoel? Of verlangen we naar dat ene waarnaar we kunnen jagen, de beloning aan het einde van ons leven. Ons leven komt tot Gods doel als we net als Paulus niet alleen maar weten dat we met Christus gestorven zijn, maar dit ook gaan ervaren in Zijn opstandingkracht in ons. De prijs die voor ons klaarligt wordt dan ook gegeven uit genade. Het maakt Christus mooier en heerlijker en onze heerlijkheid wordt dan gekoppeld aan Zijn heerlijkheid.
Volgende keer: slot.