Toegang door Christus
In de tegenwoordigheid van de Vader kunnen zijn, is alleen mogelijk door Christus. Via Hem zijn we tot de Vader gebracht. Zoals Hij gezegd heeft: ‘Niemand komt tot de Vader, dan door mij’ (Joh.14:6). Als niet behorend tot het Joodse volk, waarmee Gods Zijn herstellingsplan is begonnen, stonden wij ver af van de beloften die God aan Zijn volk Israël had gegeven (Efe. 2:12). Paulus maakt echter in Efeziërs 2 duidelijk dat het verschil in positie tussen Jood en heiden in de huidige fase van Gods heilsplan is weggevallen door het verlossingswerk van Christus. Er was van nature een kloof tussen heidenen en Joden. Die kloof was er gekomen doordat God met Israël in een bijzondere relatie was getreden. Deze relatie is een verbondsrelatie, te vergelijken met een ‘huwelijk’. Deze relatie was gebaseerd op de Wet (bestaande in inzettingen en geboden), die God alleen aan Israël gegeven had! Die wet zorgde er echter voor dat heidenen geen deel konden uitmaken van deze huwelijksrelatie, anders dan door eerst Jood te worden (proseliet). Zij stonden dus ‘veraf’. Doordat God echter de Wet buiten werking heeft gesteld, heeft Hij de twee (Jood en heiden) met elkaar verbonden in één lichaam. Door hen te verbinden in één Lichaam staan de gelovige Jood en de gelovige heiden nu samen onder één hoofd, Christus. Dit alles door de waarde die God toekende aan het bloed dat Jezus Christus heeft vergoten om onze zonden! Daardoor is Hij onze vrede geworden. De weg tot God is nu alleen mogelijk via Christus die Jood en heiden in de kracht van Zijn Geest verbindt met Zijn Vader!
Realiseren we ons eigenlijk wel hoe dicht wij zijn genaderd tot de Vader in de hemel? Als gelovigen vormen wij samen één lichaam waarin we met elkaar verbonden zijn, maar een nog sterkere verbondenheid mogen hebben met ons Hoofd, Christus. Hierin zien we weer het werk van de Geest van Christus in ons leven. Want door Hem hebben wij beiden (Jood en heiden) in één Geest de toegang tot de Vader.
Toegang in één Geest
Wij hebben de toegang tot de Vader in de kracht van één Geest. De tot geloof gekomen Joden zijn niet met een andere Geest verzegeld dan de tot geloof gekomen heidenen. Het is één Geest die de twee (Joden en heiden) met elkaar verbindt in één Lichaam; het Lichaam van Christus.
Dit is een belangrijk feit in de verhouding Israël en de Gemeente. De eenheid waarover in Efeziërs 2 wordt gesproken is niet de eenheid tussen Israël en de Gemeente, waarbij Israël dan wordt gezien als de ‘wortel’ van de Gemeente vandaag. Er zijn gelovigen die dan spreken over: ‘We moeten terugkeren naar onze Joodse wortels’. Of: ‘Wij worden geënt op de stam die Israël heet’. Dit alles wordt hier in Efeziërs 2 niet geleerd! Het is de openbaring van het geheimenis, aan Paulus toevertrouwd, dat gelovigen uit het volk Israël en gelovigen uit de heidense volkeren, binnen één Lichaam zijn samengebracht (Efe. 3:1-6). Eén lichaam, één Hoofd, één Geest.
In de Efeze-brief wordt telkens de nadruk gelegd op de eenheid van Vader, Zoon en Geest. Waar deze eenheid niet meer wordt gezien of gepredikt, of waar de nadruk wordt gelegd op één van de drie, is er gevaar voor eenzijdigheid. Waar de Geest wordt losgemaakt van de Vader en de Zoon is er zelfs sprake van dwaalleer. In ons sleutelvers worden Vader, Zoon en Geest in één adem genoemd. Wij hebben toegang tot de Vader, via de persoon en het werk van Christus in de kracht van de Geest! Andere teksten uit de Efeze-brief waar deze eenheid wordt gezien zijn:
b Efeziers 3:14-17: “Om die reden buig ik mijn knieën voor de Vader… opdat Hij geve… met kracht gesterkt te worden door Zijn Geest… opdat Christus door het geloof in uw harten woning make.”
Efeziers 4:4-6: “één Geest… één Here… één God en Vader van allen…
Efeziers 5:19-21: “…wordt vervuld met [de] Geest… jubelt de Here van harte… dankt de Vader, voor alles.
Toegang in eenheid met alle gelovigen in Christus
Het ´beiden´ in Efeziërs 2:18 slaat dus op de Jood en de heiden die tot geloof gekomen zijn. Er is geen onderscheid meer in de huidige fase van Gods heilsplan waar genade heerst boven recht. Er is ook geen voorrangspositie meer voor de Jood zoals dit nog was gedurende de periode van het boek Handelingen. Er is nu sprake van een eenheid in Christus. Het is die eenheid die in heel de Efezebrief wordt bedoeld. In Christus zijn alle gelovigen één. Zie de teksten:
Efeziërs 2:14 : “…Hij is onze vrede die de twee één heeft gemaakt…”
Efeziërs 2:15c : “…de twee tot één nieuwe mens te scheppen…”
Efeziërs 2:16a : “…en de twee, tot één lichaam verbonden…”
Efeziërs 4:3 : “…de eenheid des Geestes te bewaren…”
Efeziërs 5:31b : “die twee zullen tot één vlees zijn… Ik spreek met het oog op Christus en de gemeente…
Het is die ene Geest die onze geest brengt in de tegenwoordigheid van God. Het is die éne Geest die ons de kracht geeft te geloven dat wij daar mogen zijn. Het is die ene Geest die ons bepaalt bij Christus. Door Hem en in de kracht van die ene Geest hebben wij de toegang tot de Vader. Het doel van deze toegang is daar te zijn waar de Vader is. Wij bedroeven de Geest van God wanneer zonde die gemeenschap schaadt.
Blijven in Gods nabijheid
Wij hoeven geen methoden te hanteren om in de nabijheid van God te komen. Door geloof zijn wij al ‘dichtbij gekomen’. En dichterbij dan deel uitmaken van het Lichaam van Christus is niet mogelijk.
Toch ervaren wij die nabijheid niet altijd. Dit heeft te maken met onze gerichtheid. Als een praise-avond of een aanbiddingsdienst, gebed of in stilte mediteren, helpt om ons te richten op God, dan is dat natuurlijk niet verkeerd. We moeten alleen beseffen dat we dit niet nodig hebben om in de nabijheid van God de Vader te kunnen komen. We ontdekken juist wanneer we ons richten op God met heel ons hart en ziel, dat we in Zijn tegenwoordigheid zijn op elk moment van ons leven!
God heeft dit mogelijk gemaakt. In de eerste plaats door ons te verzegelen met Zijn Geest, zoals we in het eerste artikel hebben gezien. In de tweede plaats door ons in de kracht van diezelfde Geest toegang te verschaffen tot de Vader in de hemel. Om daar te beseffen dat wij Zijn kinderen zijn. En om daar te mogen genieten van Zijn liefde voor ons.
Wij zoeken de kracht om in contact met God de Vader te zijn helaas zo vaak in onszelf. We zoeken naar middelen, methoden om God maar te kunnen ervaren. Terwijl het eigenlijk heel eenvoudig is. Het is geloven dat we in Gods nabijheid zijn op elk moment van ons leven. Er zijn geen geloofsrituelen meer nodig om in Gods nabijheid te kunnen komen. Wanneer we ons daarvan afhankelijk maken, doen wij onrecht aan de kracht van Gods Woord. Als er staat dat wij de toegang hebben, moeten wij niet meer proberen die toegang te krijgen! Wij mogen dit eenvoudigweg geloven!
In de relatie die wij mogen hebben met de Vader in de hemel zal er iets gebeuren met ons hart en ziel. Laten we tot slot eens als voorbeeld kijken naar David die de nabijheid van God ervoer in een bijzondere fase van zijn leven.
Gebroken van hart en verslagen van geest
In Psalm 34:19 staat: “De Here is nabij de gebrokenen van hart en Hij verlost de verslagenen van geest.” Een opmerkelijke uitspraak van David, gezien de achtergrond van deze Psalm. Lees maar eens het opschrift in vers 1. Dit verwijst naar de geschiedenis die opgetekend staat in 1 Samuël 21:10-15. David die op de vlucht is voor Saul en dan in een gebied komt (Gath) waar koning Achiz de macht heeft. Om hem te misleiden gedraagt hij zich daar als een waanzinnige. Ja, aan zo’n iemand heb je niets, zelfs al is van jou bekend dat je tienduizenden hebt verslagen. Daarom wordt hij weggejaagd uit zijn gebied.
Zien hoe David zich verlaagt tot een gek? Hoe hij speeksel in zijn baard laat lopen en als een wild dier zijn nagels breekt op de deurvleugels van de poort van de stad. We zouden ons kunnen afvragen: waarom hij zo abnormaal doet. Kon hij niet gewoon op God vertrouwen? Hij zou toch helpen? Hoe kon hij dan deze Psalm schrijven?
We kunnen dit alleen maar verstaan als we de genade van God kennen. Als we weten wat het betekent geheel radeloos te zijn in onze onmacht. Als we weten dat, hoe sterk wij ook denken te zijn, wanneer het erop aankomt we angstig zijn en niet vertrouwen op God. Wanneer we denken dat we al ons krediet hebben verspeeld. Als we ons daardoor misschien wel gek gaan gedragen. Dan krijgen de woorden uit Psalm 34 inhoud. Want dan gaan we roepen tot de Here in al onze benauwdheden (vs. 18).
De Bijbel schrijft dikwijls over hoogtepunten van gelovigen die snel daarna worden veranderd in dieptepunten (denk bijv. aan Elia). Maar andersom is het ook waar. Dieptepunten worden door genade hoogtepunten. De dieptepunten worden uitingen van nieuw geloof. Een nieuw ervaren van verlossing. Een opnieuw begrijpen dat we door onze dwaasheden niet meer zullen worden gestraft als we een schuilplaats hebben gevonden in de Here. Voorwaarde is wel dat we gebroken zijn van hart en verslagen van geest. Als we ontdekt hebben dat we dwaze mensen zijn.
Als we verslagen worden in onze eigen geest en gebroken zijn in ons eigen hart, worden we door Gods Geest bewust gemaakt dat wij toegang hebben tot de Vader. Dat we nooit uit Gods aandacht zijn (geweest). Dat we altijd in die omgeving mogen zijn waar Hij is. Alleen als wij ons richten op onze eigen hart en onze eigen verlangens en onze eigen angsten en onze eigen pijn, worden we blind voor de omgeving waarin we mogen verkeren.
Daarin mogen we dichtbij God komen, dichter dan David ooit geweest is tijdens zijn leven. Dat is het wonder van intimiteit met de hemelse in de huidige fase van Gods heilsplan.
Door deze toegang tot de Vader kunnen we ook alles aan Hem kwijt. “De Here is nabij”, zegt Paulus in Filippenzen 4. En de vrede die ontstaat doordat we in die gemeenschap met de Vader Hem alles vertellen, is uiteindelijk méér dan het gevoel dat wordt opgeroepen in allerlei methoden om in de nabijheid van God te komen!
Gedicht
Toegang tot de Vader
Het hart van de Vader is dichtbij.
Je mag er zomaar komen.
Het hart van de Vader maakt je vrij.
om boven alle dromen
te genieten van een vrede
die je verstand te boven gaat
te genieten van een liefde
die verder dan de aarde gaat
te verkeren in een warmte
die jouw ziel geneest
te verlangen naar de woorden
die jou onbevreesd
doen liggen
aan het hart van de Vader.